Zo’n tien jaar geleden had je het relatief makkelijk, als je je baby wilde gaan dragen. Je kocht een draagzak bij de Prénatal of een kleurige draagdoek van de wereldwinkel, en voor een groter kind koos je een framerugdrager van de buitensportzaak. Zo gemakkelijk is de keuze niet meer: dragen is booming! De keuze is enorm toegenomen, in draagdoeken, maar ook in draagzakken.
Je kunt je baby bij je dragen in een draagdoek. Die kun je altijd perfect passend maken, en je kunt er op allerlei manieren mee dragen. Maar, laten we eerlijk zijn: daar heeft niet iedereen zin in. Veel ouders kiezen voor het gemak of het uiterlijk van een draagzak. Dat is met het huidige aanbod aan draagzakken ook helemaal geen probleem. En een gezonde baby kan er over het algemeen prima mee gedragen worden: als de draagzak maar ergonomisch is!
Een goede draagzak voor baby’s herken je aan een aantal punten:
- De draagzak heeft een soepel rugpand. De rug van je baby kan hierdoor zijn natuurlijke, licht gebolde houding aannemen. De drager vormt zich naar je baby, en niet andersom.
- Het rugpand komt van knieholte tot knieholte. De knietjes zitten daarbij hoger dan de billen. Zo kan je baby in de kikkerhouding of M-positie gedragen worden, de gehurkte houding waarin de heupontwikkeling optimaal wordt gestimuleerd.
- Je kunt de drager strak genoeg aangespannen: je baby beweegt niet van je af als je voorover buigt. De kwetsbare rug van je baby krijgt op die manier voldoende steun. Het gewicht draag je dicht tegen je aan, wat het dragen voor jou lichter maakt .
- De draagzak heeft een goede neksteun die steun biedt rondom, maar niet fixeert. Ook voor oudere kinderen is dit nog heel prettig, bij het slapen in de drager!
- Je kunt je baby hoog genoeg dragen: dat is comfortabeler. Test: als je je hoofd buigt, kun je gemakkelijk een kusje op je baby’s hoofd geven.
- De draagzak is gemaakt van veilige materialen, met kwalitatief goede gespen of klittenband en stevig gestikte naden. Het zit allemaal gewoon lekker voor jou en je kind.
Het dragen van jonge baby’s
Wanneer je een jonge baby wilt gaan dragen in een draagzak, zijn er een paar specifieke aandachtspunten. De draagzak moet allereerst goed passend te maken zijn voor je baby. Er zijn dragers die je in de breedte, en soms ook in de hoogte aan kunt passen, zodat de stof altijd precies van knieholte tot knieholte komt. De voetjes en onderbeentjes draag je bij voorkeur meteen al buiten de drager en niet erin. Dat is om te voorkomen dat je kind zich uit reflex gaat afzetten, maar ook om beknelling van de voetjes te voorkomen.
Knijpt je baby met de beentjes het rugpand samen, of hangen de onderbeentjes niet ontspannen recht naar beneden, dan is de draagzak nog te groot. Sommige fabrikanten lossen dit op met een inzet voor jonge baby’s. Ideaal is dit niet, omdat je daarmee toch wat inlevert op het gebruiksgemak en de houding van je baby.
Sommige inserts zijn ook behoorlijk warm in gebruik. Het kan wel een handige optie zijn als je bijvoorbeeld al een grotere babydrager in huis hebt die je ook voor je jonge baby wilt gebruiken. Vergelijk het maar met kinderkleding: te lange broekspijpen kun je omrollen, maar een goed passende broek zit toch net wat fijner.
Probeer eens wat uit
Er zijn verschillende types draagzakken. Sommige dragers hebben het meeste weg van een rugzak. De heupband en schouderbanden sluiten met gespen en zijn stevig gevuld, en het rugpand is vaak voorgevormd. Andere draagzakken hebben schouderbanden die je zelf nog knoopt (net zo makkelijk als je veters strikken, echt waar) of werken met klittenband.
Ook de instelmogelijkheden verschillen per draagzak. Welke drager het beste bij jou en je kind past? Daar kom je achter door… te passen. Net als bij kleding heeft iedereen een eigen voorkeur voor pasvorm, gebruiksgemak en uiterlijk. De meeste (web)winkels bieden de mogelijkheid om dragers te komen passen of voor een paar weken te huren. Je kunt natuurlijk ook aan bekenden vragen of je hun drager eens een uurtje mag uitproberen met je kind. Je voelt al snel of het lekker zit of niet.
Wie draagt er en wanneer?
Bij aanschaf is het goed om er rekening mee te houden wie er gaat dragen: ben jij dat zelf vooral, of gaat je partner en/of de oppas ook dragen? Een draagzak met veel instelmogelijkheden is dan misschien net wat minder geschikt dan een draagzak waarbij je alleen hoeft strak te trekken en eventueel een knoop te leggen in de schouderbanden.
Een andere overweging is het aantal posities waarin je je baby kunt dragen. Sommige ergonomische dragers zijn vooral geschikt voor óf buikdragen óf heupdragen. Wanneer je jaren plezier wilt hebben van je draagzak, dan is het handig als het allebei kan. Zoek je juist een drager voor de eerste maanden, dan voldoet een buikdrager meestal prima.
Gezicht naar voren? Niet nodig, niet doen.
Een heikel punt is de optie om met het gezichtje naar voren te dragen. Het is een op het oog aantrekkelijke mogelijkheid voor veel ouders. Toch zijn de meeste ergonomische dragers hiervoor niet geschikt. In deze positie kan je baby namelijk niet zijn natuurlijke houding aannemen: de gehurkte kikkerhouding is niet goed mogelijk, het ruggetje trekt hol in plaats van een beetje bol, en de beentjes hangen naar beneden. Er is maar weinig lichaamscontact in deze houding.
Los van de fysieke aspecten: een baby is nog niet ver genoeg ontwikkeld om zich af te kunnen sluiten voor een teveel aan prikkels. Draag je buik tegen buik, op je heup of op je rug, dan kan je baby zich veilig tegen je aan nestelen als het even teveel wordt. Met het gezicht naar voren heeft hij die mogelijkheid niet. Ook kan je baby niet even naar jouw gezicht kijken om gerustgesteld te worden in een onbekende situatie.
In een goede drager zit je kind in kikkerhouding
Kan je wat oudere baby het hoofdje goed zelf recht houden, en geeft hij aan meer van de wereld te willen zien, dan kun je met de meeste ergonomische draagzakken op de rug gaan dragen. In het begin is het prettig om dat te oefenen met z’n tweeën of zittend op je bed, maar je zult merken dat je het al snel ook alleen kunt! Voel je je zeker genoeg met het rugdragen, en kun je je baby ook zelf weer uit de draagzak halen, dan kun je op pad met je baby op je rug. Een spiegeltje kan in het begin fijn zijn om contact met je baby te houden.
Dragen van dreumes of peuter
Wanneer je baby een dreumes of peuter geworden is, neemt het aantal draagmomenten meestal flink af. Je kind is lekker mobiel, en wil de wereld ontdekken. Geef ‘m eens ongelijk! Maar ook dan kan een draagzak nog heel fijn zijn. Peuters worden moe tijdens een lange wandeling, willen geknuffeld worden net als je bezig bent met een jonger broertje of zusje, of willen gedragen worden als je net met 2 koffers en een tas bezig bent met een overstap op een druk treinstation. In dat soort situaties kan een peuter- of kleuterdrager een uitkomst zijn.
Welke drager het meest geschikt is, is vooral afhankelijk van comfort. Ondersteuning van knie tot knie is op deze leeftijd nog steeds prettig, maar niet meer noodzakelijk. Zolang je kind het lekker vindt zitten, is het prima. De meeste kinderen vinden het wel fijn als de ondersteuning wel tot 2/3e van het bovenbeen komt, bij minder ondersteuning gaan de benen naar beneden hangen. Ook voor jezelf moet het lekker zitten, zeker als je kind zwaarder wordt. Met een goed zittende draagzak kun je een kind van 20 kilo in principe nog prima dragen!
Let erop of je peuter graag met de armen in de draagzak zit, of liever meer bewegingsvrijheid heeft. Dan weet je of je een hoog rugpand zoekt of dat iets lager ook voldoet. Wanneer je een drager zoekt die je voor een peuter én een wat oudere baby tegelijk kunt gebruiken, kun je kiezen voor een draagzak die in de breedte goed verstelbaar is.
Dragen met fysieke klachten
Ook wanneer je last hebt van fysieke klachten, kun je meestal wel dragen. Je baby in een goed passende draagzak dragen is een stuk minder belastend voor je lichaam dan wanneer je los op de arm draagt. Het is dan een kwestie van uitproberen welke drager het beste bij jouw situatie en klachten past. Ook wanneer jij of je baby gebruikmaakt van medische hulpmiddelen zoals een rolstoel of spreidbroekje, is er vaak wel een oplossing te vinden om te kunnen dragen. Je kunt dit bijvoorbeeld samen met een draagconsulent doen, eventueel in overleg met je behandelaar.
Dragen loont!
Je baby dicht bij je dragen heeft een gunstige uitwerking op jou én je kindje. De positieve effecten van huid op huidcontact zijn al langer bekend: het werkt stimulerend voor borstvoeding, bevordert een veilige hechting tussen ouder en kind, en draagt bij aan ontspanning. Uit onderzoek blijkt bovendien dat huilende baby’s die worden rondgedragen, sneller gekalmeerd raken dan baby’s die ‘gewoon’ worden vastgehouden door hun moeder. Dat zal je niet verbazen als je zelf wel eens met je baby door de woonkamer hebt gedanst om haar rustig te krijgen.
In een draagdoek of draagzak leert je baby bovendien heel veel van alle ervaringen die hij opdoet. De zintuigen van je kind worden gestimuleerd door jouw geur, hartslag en stem. De spieren en het evenwichtsgevoel worden geoefend. Zodra je baby een paar maanden oud is en belangstelling krijgt voor de buitenwereld, wordt ook jouw reactie op onbekende situaties interessant en geruststellend.
Lees ook over de logica van het dragen
Bronnen:
E. Kirkilionis, ‘A baby wants to be carried. Everything you need to know about baby carriers and the benefits of babywearing’. (2014)
E. Fettweis, ‘Hüftdysplasie. Sinnvolle Hilfen für Babyhüften’. (2004)
K. Uvnäs Moberg, ‘De oxytocinefactor. Benut het hormoon van onthaasting, genezing en verbondenheid’. (2007)
G. Esposito et al., ‘Infant calming responses during maternal carrying in humans and mice’ Current Biology, 23(9):739-745.
Wendy Haisma is draagconsulent en heeft een webwinkel met dragers: Ikdraag.nl.