Kabouterfeest als kinderpartijtje

Je kent ze wel, die kleine rakkers met rode mutsjes: kabouters! En de meeste kleine kinderen zijn er heilig van overtuigd dat ze bestaan en zelfs te vinden zijn. Omdat het stiekem best wel leuk is om mee te gaan in die fantasie, bedacht Kiind Magazine een kabouterfeestje.

De voorbereiding

Een kabouterfeestje zonder kabouters is natuurlijk geen bal aan. Een paar mutsen zijn zo gemaakt van een lapje stof, dus aan de slag! Mutsen kunnen rood zijn, maar in principe kan alles.

Een simpele muts maak je zo: meet de omtrek van het hoofd van je kind en neem er 7 centimeter bij voor de onderste rand van de muts. Knip nu vier gelijke delen uit de stof en stik deze op elkaar.

Keer een helft om en strijk netjes. Schuif nu het andere deel in de omgekeerde muts. Strijk de randjes naar binnen en stik even dicht. Klaar is de muts. In een klein uurtje flans je zo een paar mutsen in elkaar!
Omdat we echt kabouters gaan zoeken maken we ook een paar mini-mutsjes. Deze kunnen gemaakt worden van restjes stof op dezelfde manier als hierboven of van rood papier en lijm.

Er moet een nepbrief gemaakt worden van bijna-Koning Willem-Alexander en een paar bedanktbriefjes! Later zal blijken waarom. Hier kun je ze downloaden:

Brief voor de jarige | Bedankbrief voor alle kindjes

Het lekkers:

En natuurlijk maken we wat lekkers, want ook kabouters lusten wel wat.
Zo maak je de kabouterigste muffins!

Mini-wortelmuffins (16 stuks)

250 g bloem
1 theel. bakpoeder
1/2 theel. dubbelkoolzure soda
2 theel. kaneel
1 flinke winterpeen (ongeveer 200 g), geraspt
2 eieren
90 g bruine basterdsuiker
80 ml olie
snufje nootmuskaat
2 eetl. fijngehakte walnoten

Verwarm de oven voor op 180 graden. Vul een minimuffinblik met minimuffinpapiertjes.

Roer de bloem, het bakpoeder, de dubbelkoolzure soda en de kaneel in een grote minikom door elkaar. Roer de eieren met de suiker, de olie en de nootmuskaat in een andere grote minikom tot een homogene massa. Voeg het bloemmengsel toe en roer kort totdat alles net gemengd is. Voeg de geraspte wortel en fijngehakte walnoten toe en vouw deze door het deeg.

Verdeel het deeg over de minivormpjes. Zorg ervoor dat je ze vult met een flinke minikop er op. Meer dan je normaal gesproken zou doen. Bak de minimuffins in 15 minuten gaar. Laat ze even een beetje afkoelen en haal ze dan uit de minivorm om ze op een rooster verder af te laten koelen. Als ze helemaal afgekoeld zijn, haal je de minipapiertjes van de minimuffins af en hou je prachtige zoete eetbare paddestoelen over.

Mini-muffins van zomerfruit (16 stuks)

200 g bloem
60 g havermout
1 theel. bakpoeder
1/2 theel. dubbelkoolzure soda
2 eieren
100 g bruine basterdsuiker
3 theel. vanillesuiker
150 g zachte roomboter
3 dl volle yoghurt
200 g gemengd zomerfruit (aardbeien, frambozen, bosbessen, bramen)
8 rode appels
8 eetl. poedersuiker
2 eetl. citroensap

Verwarm de oven voor op 180 graden. Vul een minimuffinblik met 16 minimuffinpapiertjes. Als je zomerfruit uit de vriezer gebruikt, laat deze dan eerst in een zeef ontdooien. Vang het sap op en drink het lekker op.

Roer de bloem, de havermout, het bakpoeder en de dubbelkoolzure soda in een grote kom goed door elkaar. Klop suiker met de roomboter in een andere kom goed door elkaar. Voeg de eieren een voor een toe en blijf kloppen totdat de eieren helemaal opgenomen zijn. Doe de vanillesuiker en de yoghurt erbij en meng nog even goed. Voeg het bloemmengsel toe en roer kort totdat alles net gemengd is. Spatel het zomerfruit voorzichtig door het beslag.

Verdeel het beslag over de vormpjes. Bak de muffins 15 minuten in de oven. Laat ze even een beetje afkoelen en haal ze dan uit de vorm om ze op een rooster verder af te laten koelen.

Maak ondertussen de paddestoelendakjes. Zet een appel rechtop op een snijplank. Snij een kapje van een appel strak langs het klokhuis. Doe dit ook aan de andere kant van de appel. Snij zo van elke appel twee kapjes. Gebruik 1 eetlepel citroensap om op de snijvlakken van de kapjes wat sap te sprenkelen. Roer de andere eetlepel citroensap door de poedersuiker totdat er een glad papje ontstaan is. Leg de appels met het snijvlak naar beneden op een bord of een snijplank. Neem met de achterkant van een theelepel een schepje glazuur en leg duw deze als stip op een appelkapje. Versier het kapje met meerdere stippen en ga zo verder met de andere kapjes. Prik een cocktailprikker met de botte kant in het midden van een afgekoelde muffin. Prik een appelkapje erop en klaar is je eetbare kabouterpaddestoel!

Het feestje

Wanneer alle kinderen zijn aangekomen en omgetoverd tot heuse kabouters worden eerst de muffins gegeten met een glaasje appel- of bessensap en de cadeautjes uitgepakt. Wat blijkt? Er is ook nog post voor de jarige! Het is een brief van bijna-Koning Willem-Alexander met een felicitatie en een erg belangrijke vraag.

De vraag is of de jarige en zijn kaboutervriendjes hem zouden willen helpen met het zoeken naar de verdwenen kaboutermutsjes. Heel ver weg in het grote kabouterbos zijn namelijk door een vervelende vogel alle mutsjes van de waslijn afgepakt en nu gaat het gerucht dat deze mutsjes ergens in de dichtstbijzijnde speeltuin moeten liggen. bijna-Koning Willem-Alexander wil ze erg graag weer terug sturen naar de kabouterfamilie. Wie kunnen er nu beter op zoek gaan naar kaboutermutsjes dan kabouters?

Willen ze de kabouter helpen zoeken naar de verdwenen mutsjes?

De lollige grap achteraf die het allemaal wel heel echt maakt:

Twee dagen later krijgen alle kindjes een bedankbrief van bijna-Koning Willem-Alexander in de bus! De mutsjes zijn aangekomen en de kabouters zijn helemaal gelukkig!