Zoonlief houdt van knutselen. Ik ben niet bepaald een knutselmoeder te noemen. Mijn creativiteit beperkt zich voornamelijk tot schrijven en schilderen. En zo nu en dan ervaar ik in beide een blokkade. Zoonlief kent dergelijke blokkades niet.
Dus toen ik hem de vraag stelde of hij iets wilde maken voor mijn oma die 90 jaar werd – en het ook nog eens binnen een beperkte tijd af moest zijn, liet zoonlief zijn creativiteit de vrije loop. Een rechthoekig rondje was in zijn verbeelding een hondje. De getekende deur kreeg twee deurklinken en twee bellen. Er werd iets getekend wat een raket moest voorstellen. Hij kreeg de smaak te pakken en tekende er nog twee van dat soort raketten bij. Ik ben zo vriendelijk geweest om overal bij te schrijven wat het voor moest stellen, want anders begrijpt oma niets van het creatieve kunstwerk. Dat is onder het voorbehoud dat oma mijn handschrift nog kan lezen. En ik ben zo verstandig geweest om de opdracht heel neutraal te houden. Ik heb hem gevraagd ‘iets’ te tekenen, zonder daarbij voorbeelden aan te dragen. Met het verrassende resultaat dat oma raketten voor haar verjaardag krijgt.
Vandaag heeft mijn zus een knutseldag georganiseerd. Het is slecht weer, het is vakantie, onze oppas is met vakantie en voor mij is het een gewone werkdag – dit alles heeft mijn zus doen besluiten om de knutseldag te organiseren.
Vol trots stond zoonlief op de deurmat met een bak vol knutselwerkjes. Mijn zus hielp hem de knutselwerken mee naar binnen dragen. Een met brooddeeg gemaakte vogel waar twee veren uitstaken, een spin en een egel. Drie prachtige figuren die allemaal redelijk herkenbaar waren. Er lag nog iets bij. Een rond stuk brooddeeg gevuld met allerlei glitters en rondjes. Zoonlief had zich er uitermate voor ingespannen. Het is ook werkelijk een prachtig kunstwerkje. Dat wil zeggen, zolang ik niet na ga denken. Het moet, volgens zoonlief, een dode vogel voorstellen. Ik vind dode vogels doorgaans niet echt prachtig. Ik krijg er eerder een triest gevoel van en ben nog altijd geneigd om – zoals toen ik jong was – naar huis te rennen, een schop te pakken en het beestje te begraven. Zijn kunstwerk is te mooi om te begraven. Ik moet alleen steeds als ik er naar kijk het beeld van alle dode vogels in mijn leven uit mijn hoofd zien te houden, wil ik het kunstwerk voldoende kunnen waarderen. Dat is dus een leermomentje voor mama. Ieder associatie loslaten en zoonliefs kunst gewoon kunst laten zijn.
Naast het brooddeeg is zoonlief ook met verf aan de slag gegaan. Hij heeft een schatkist gemaakt. Verheugd keek hij me aan.
“Maak je hem open, mama.” De schatkist was nog niet helemaal droog. Dat mocht de pret niet drukken. Voorzichtig opende ik de schatkist.
“Kijk stenen!” Vol enthousiasme wees hij me zijn schat aan. Prachtige stenen met allemaal felle verfkleuren.
“Wauw,” riep ik, “dat is een mooie schat, schat!” Vol trots heeft zoonlief alle werkjes op de keukentafel gezet. En daar staan ze nu volop te schitteren.