Kinderen kunnen niet stilzitten. Op school vragen we dit wel vaak van ze. ‘De bewegende klas’ zou hier een goede verandering teweeg kunnen brengen. Want eigenlijk is er iets geks aan de hand met het onderwijs. Het klopt namelijk niet: de dingen die wij weten over het leervermogen, zie je te weinig terug in de praktijk. Gelukkig zijn er zeker wel scholen die een beleid hebben dat de inzichten waar mogelijk volgt, of waar zelf gepionierd wordt. Kinderen functioneren beter wanneer ze veel kunnen bewegen. De meeste leerkrachten weten dit allang: zij zien het elke dag voor hun ogen gebeuren, zonder dat ze er echt iets aan kunnen veranderen. Hoog tijd voor een nieuwe wind in het denken over onderwijs.
Wij vinden dit een aanrader: Free to learn, Peter Gray
Kennis over het leervermogen zien we niet terug in de praktijk
De bewegende klas
De bewegende klas is een manier om kinderen gedurende de schooldag veel beweging te geven, wat hun concentratie, leervermogen én plezier vergroot. Op scholen waar dit al gebeurt, zijn de ervaringen heel positief. Kinderen zitten niet meer op een stoel aan hun tafeltje, maar werken op de grond, in de kring, of op een kussen aan een bankje. Ze kunnen niet meer ‘verdwijnen’ uit het zicht van de leerkracht, want er is geen achterste rij meer. Er wordt veel gewerkt in een grote kring, waardoor de kinderen een veel hogere betrokkenheid hebben bij wat er in de klas gebeurt. Ze blijven actief, in hun lichaam en met hun aandacht.
Zintuigen
Iets leren doe je met je zintuigen. Hoe meer verschillende zintuigen meedoen, hoe beter je informatie kunt opnemen. Dit is ook waarom je beter kunt lezen op papier dan op een scherm: de context van het papier in je hand – hoe het voelt, hoe het ruikt, op welk punt van de bladspiegel je je bevindt – helpt je om de gegeven inhoud te ankeren in jezelf. Zo kan het ook helpen voor een kind om te leren rekenen en schrijven met gebruik van meer zintuigen: zingen, klappen maar ook zien en voelen van materialen.
‘Hoe meer zintuigen je combineert, hoe beter je dingen onthoudt.’
Op blote voeten leer je ook beter. Schoenen aan in de klas zorgen voor een minder goede opname van informatie dan met sloffen/sokken/blote voetjes op school zitten. Kinderen zonder schoenen in de klas kunnen zich beter concentreren, en dat maakt natuurlijk veel uit.
Beweging
Bewegend leer je beter. Urenlang op een stoeltje doet de truc niet. Wiebelen, schommelen, liggen, springen zijn allemaal bewegingen die een kind helpen om informatie op te nemen. Een Groningse studie laat zien: ’Al na twee jaar bewegend leren boeken de scholieren een leerwinst van vijf maanden.’ Zeg nou zelf: heb je je kind ooit een boek voorgelezen terwijl het kaarsrecht op een stoel zat?
Net als het combineren van meer zintuigen is ook het integreren van beweging ondersteunend aan het leerproces. Tafels kun je uit je hoofd leren, maar je kunt ze ook hinkelen of met een klapspelletje leren. Om begrip van hoeveelheid te krijgen, kun je lopen op de getallenlijn, en ga zo maar door. Je kunt de lesstof driedimensionaal maken, zoals een kind zelf ook is.
Humor
Met plezier leer je beter. Is iets grappig, grote kans dat je het onthoudt. Beweging maakt dingen leuker, doordat je het via je lichaam ervaart. Ben je in de groep aan het bewegen, bijvoorbeeld met een balspel, dan is een ‘fout’ ook eerder grappig dan vervelend. Humor ontspant en relativeert; twee factoren die een goede basis vormen om kennis op te nemen. De mens is en blijft een spelend wezen – en dat gaat trouwens nooit over.
Fotografie: de veelzijdige Jana Boekholt