De pedagogische tik is weer in opspraak. Deze keer is het een jonge vader en predikant die heftige uitspraken doet waarmee hij de media steeds weer weet te halen. Volgens Goldschmeding staat in de bijbel dat kinderen geslagen moeten worden. Hij beroept zich op het volgende citaat:
“(Spreuken 13 vers 24) Hij die de roede spaart heeft een hekel aan zijn zoon, hou je echter van hem, kastijd hem dan voor het te laat is.”
Wij vroegen dominee Wilbert Dekker hoe hij dit ziet en hij zei er het volgende over: “Christenen kunnen deze tekst nu lezen in het licht van het nieuwe testament, waarin Jezus een klein kind naar voren haalde en zei: `Wie niet wordt als een kind, zal het koninkrijk van God niet zien`. En op een ander moment brengen moeders kinderen bij Jezus, die hen de handen oplegt en zegent. Zo zouden wij christenen met onze kinderen om moeten gaan: hen zegenend, niet slaand.”
Inmiddels staan de kinderen van Goldschmeding onder toezicht van Bureau Jeugdzorg.
Een stukje geschiedenis
Het slaan van kinderen is al eeuwenlang een discussiepunt. Montaigne beschreef in de zestiende eeuw al dat met name de emotie die meespeelt van belang is:
“Laat niemand zijn kinderen straffen als hij boos is. De straf moet een geneesmiddel zijn, en zouden wij een geneesheer dulden die vertoornd was op zijn patiënt?”
Comenius schreef in de zeventiende eeuw over slaan, dat destijds een geaccepteerd opvoedingsmiddel was: “Slaan is verboden. Dat bevordert het leerproces bij kinderen niet, je bereikt precies het tegenovergestelde” (Uit zijn boek ‘De Moederschool’). Hij was zijn tijd ver vooruit – het duurde nog eeuwen voor het slaan van kinderen verboden werd. Destijds was men ervan overtuigd dat kinderen van nature slecht waren en daarom zou het nodig zijn om kinderen veel te slaan. Hoewel het al sinds 1809 verboden is je vrouw te slaan en je sinds 1993 je hond niet meer mag slaan, is het pas sinds 2007 in Nederland verboden om kinderen te slaan. Bijna dertig jaar eerder werd het in Zweden al verboden om je kind te slaan.
Wat wordt bedoeld met een pedagogische tik?
Misschien is het interessant om eerst te bepalen wat het woord pedagogie betekent. Volgens Van Dale is het “onderwijzen en opvoeden”. Iets leren dus. Vraag is of de pedagogische tik onze kinderen iets leert.
De pedagogische of corrigerende tik wordt vaak verward met het geven van een tik uit frustratie en onmacht. Ook is de grens tussen ‘een tik’ en mishandeling vaag.
Met een pedagogische tik bedoelt men de tik die gegeven wordt:
- Met de bedoeling het kind te dwingen iets te doen
- Als straf omdat het kind niet luistert of regels overtreden zijn
- Als het de bedoeling is te voorkomen dat het kind iets ‘stouts’ doet
Met andere woorden, de pedagogische tik is een tik die weloverwogen en beheerst wordt gegeven, met als doel het kind iets te leren.
Baartman (hoogleraar preventie en behandeling kindermishandeling) is ervan overtuigd dat dit niet veel voorkomt. De tik die wél veelvuldig wordt uitgedeeld komt voort uit onmacht en frustratie. De tik die gegeven wordt om een kind te behoeden voor gevaar, bijvoorbeeld wanneer een kind zich dreigt te branden aan een hete oven is geen pedagogische tik: dit is een reflex om je kind te behoeden voor gevaar.
Gevolgen van de pedagogische tik
Er zijn voorstanders van de pedagogische tik. De argumenten ‘ze houden er heus niets aan over’ en ‘het werkt toch echt’ worden vaak aangegrepen. Ook wordt de pedagogische tik niet gezien als fysiek geweld, lijfstraf of als slaan. Deze benamingen hebben een nare bijsmaak maar zijn in feite wel correct, al is een pedagogische tik vaak wel een milde vorm van een lijfstraf.
Onderzoeker Elisabeth Thompson Gershoff heeft een omvangrijke studie gedaan naar fysieke straffen. Ze vergeleek hiervoor achtentachtig studies over de effecten van lijfstraffen. Daaruit is gebleken dat lijfstraffen in het algemeen, maar uitdrukkelijk ook de tikken die ‘slechts regelmatig’ gegeven werden negatieve gevolgen hebben op zowel korte als lange termijn. Hierbij geldt dat de effecten versterkt worden naarmate er vaker en intenser geslagen wordt. Ook als de ouder inconsequent is zijn de effecten sterker; een kind dat meestal een verbaal standje krijgt, maar op een dag een mep krijgt in eenzelfde situatie krijgt een groter gevoel van onveiligheid dan een kind dat weet dat hij een klap kan verwachten bij slecht gedrag.
Mogelijke kortetermijneffecten:
- Verlies van basisveiligheid
- Gevoel van vernedering
- Verlies van eigenwaarde
- Slechte relatie met ouders
- Verlies spontaniteit
- Bedplassen, stotteren, veel huilen
- Slechte leerprestaties en schooluitval
- Agressief gedrag
- Grotere kans op lichamelijk misbruik
Langetermijneffecten:
- Weinig zelfvertrouwen en vertrouwen in anderen
- Slechte relatie met ouders
- Meer crimineel gedrag
- Vaker psychisch in de knoop
- Vaker agressief
- Meer kans op verslavingen en zwerfgedrag
- Meer kans op mishandelen van eigen kinderen
Kinderpsychologe Alice Miller, die bekend is door haar onderzoek naar kindermishandeling, stelt nog een ander gevaar: kinderen die door middel van lijfstraffen worden gedwongen te gehoorzamen kunnen opgroeien tot volwassenen die blindelings elke machthebber gehoorzamen. Alhoewel er binnen de pedagogiek en kinderpsychologie geen consensus is over de ernst van de gevolgen van de pedagogische tik, is men het hier wel over eens: dat het onwenselijk, onnodig en zinloos is om slaan in te zetten als pedagogisch instrument.
Vermeende positieve effecten
De meeste kinderen die weleens een tik krijgen zijn kinderen onder de zeven jaar. Dreumesjes en peuters worden het meest geslagen. Kinderen van deze leeftijd zijn de wereld aan het ontdekken en zijn daarin vaak zeer volhardend. Enkele tips om daarmee om te gaan en te voorkomen dat je het kind (al dan niet uit onmacht) een tik geeft, vind je onderaan dit artikel.
Een kind dat keer op keer alle pannen uit het kastje trekt of wel twintig keer per dag aarde uit de plantenpot gooit, kan voor grote frustratie bij de ouders zorgen. Als dit kind een tik krijgt zal het schrikken en waarschijnlijk stoppen met het ongewenste gedrag. Toch is dit voor het kind geen leermoment geweest; tachtig procent van de peuters vervalt diezelfde dag nog in het ongewenste gedrag, vijftig procent zelfs binnen twee uur (van Harten, ’98 ). Kinderen aan wie uitgelegd wordt waarom iets niet mag, zullen dat gaan begrijpen en daarom eerder stoppen met het ongewenste gedrag. Hieruit wordt duidelijk dat een ‘pedagogische tik’ een contradictio in terminis (tegenstrijdigheid) is; wanneer een kind niets leert van een tik, is deze per definitie niet pedagogisch. Soms doet zich wel een leermoment voor; het kind imiteert de ouder, zoals hij zoveel leert. Het kind begint te slaan, soms de ouder, vaker broertjes, zusjes of leeftijdsgenoten.
Er zijn veel ouders die ervan overtuigd zijn dat het wel degelijk effect heeft; het kind vertoont het ongewenste gedrag immers niet meer. Uit angst voor de straf die zal volgen gedraagt het kind zich in de buurt van zijn ouders naar wens. Zodra deze echter uit het zicht zijn, vervallen kinderen die werden bestraft met een tik vaker in het ongewenste gedrag dan kinderen die op andere wijze bestraft werden. De kinderen die wel een tik krijgen als opvoedkundig instrument zijn gewend aan strenge controle van de ouder, maar krijgen niet de kans enige zelfcontrole aan te leren. (Gershoff)
De risico’s van de pedagogische tik
Ouders die de pedagogische tik hanteren als opvoedingsmethode gaan een machtsstrijd aan met hun kinderen. Kinderen hebben veel middelen tot hun beschikking om die strijd aan te gaan: niet eten, niet slapen, bedplassen of (bij jonge kinderen) niet zindelijk worden, meer of harder huilen en stotteren. Bij de effecten van de pedagogische tik werd het al genoemd: kinderen die regelmatig een tik krijgen, worden onzeker en angstig. Kinderen die onzeker en angstig zijn, zullen juist vaker op negatieve wijze aanwezig zijn of aandacht vragen. Zij krijgen dus vaker een tik, waardoor oorzaak en gevolg zoekraken. Als ouder en kind ben je in een negatieve spiraal beland die moeilijk te doorbreken is. Deze kinderen zijn door hun onzekere houding ook vaker het slachtoffer van pesten of misbruik door mensen buiten de gezinssituatie.
Het gevaar dat de pedagogische tik uitmondt in kindermishandeling noem je het ‘hellend vlak’: Baartman vermoedt dat de meeste gevallen van kindermishandeling uit de hand gelopen pedagogische tikken zijn.
Ouders die de pedagogische tik als opvoedingsmiddel inzetten zullen eerder geneigd zijn tot mishandeling, omdat het kind slaan hen toch al niet vreemd is. Het kind intenser of vaker slaan is dan een kleine stap die snel gezet is.
Wanneer een ouder onder druk staat, als het kind ook niet meer gehoorzaamt na een tik, of juist ook als er resultaat gezien wordt -het kind stopt met het ongewenste gedrag-, zullen deze ouders meer geneigd zijn harder of vaker te slaan.
Ouders die zelf als kind vaak een pedagogische tik kregen of mishandeld zijn, bevinden zich in een moeilijke situatie: zij willen het graag beter doen, stellen soms onredelijk, hoge eisen aan zichzelf en raken daardoor eerder teleurgesteld. Zij weten niet hoe ze deze teleurstelling anders moeten uiten dan door mishandeling. (Baartman, 2003).
Voorkomen
Het ouderschap is soms zwaar. Zeker in de fase waarin kinderen op ontdekkingstocht gaan heb je een hoop geduld nodig. Je inleven in de belevingswereld van je kind kan voorkomen dat je boos wordt van zijn ‘stoute’ gedrag. Het is makkelijker positief om te gaan met het gedrag van je kind als je weet dat het in werkelijkheid slechts het ontdekken van zijn wereldje is. Maak het jezelf makkelijk door die breekbare vaas op te bergen tot je kind wat groter is. Roep niet heel de dag nee, maar leid je kind af – even lekker samen spelen. Dat zorgt voor een prettige sfeer, waardoor het makkelijker is om positief te reageren op ongewenst gedrag.
Andere factoren die meespelen in het makkelijker geven van een tik zijn vermoeidheid, stress, een volle agenda, financiële of psychische problemen en tegenslagen. Zorg dus ook goed voor jezelf; slaap genoeg, ga er af en toe even tussenuit om wat leuks te doen. Ook een dagelijks rustmoment voor jezelf (bijvoorbeeld als je kind slaapt) zorgt voor wat rust en ontspanning. Als je ontzettend boos bent, ga dan zelf even uit de situatie om te voorkomen dat je je woede afreageert op je kind. Mocht het toch gebeuren dat je je kind een tik geeft, praat dan met je kind. Vertel hem dat het je spijt, dat je van hem houdt en dat jij hem niet mag slaan, dat je een fout hebt gemaakt.
Kindermishandeling
Verschillende wetenschappers die zich hard maken in de strijd tegen kindermishandeling benadrukken hoe belangrijk het is om de pedagogische tik als opvoedingsmiddel uit te sluiten. De al eerder genoemde hoogleraar Baartman wil af van het idee dat fysieke straf gewoon is. Hij verwijst daarbij naar volwassenen die absoluut geen tik van elkaar accepteren en vindt dat kinderen het recht hebben op dezelfde bejegening.
J. de Boer, hoogleraar familie- en jeugdrecht is van mening dat kindermishandeling niet goed bestreden kan worden zolang de pedagogische tik nog in beeld is. Iedere week sterft in Nederland een kind aan de gevolgen van mishandeling, jaarlijks worden er 107.200 kinderen mishandeld.
Conclusie
De pedagogische tik is een contradictio in terminis; een tik die weloverwogen wordt gegeven heeft als doel het kind iets te leren, maar dat doel zal niet worden behaald. Het kind leert er wel dingen van die je juist niet aan je kind wilt leren, zoals ‘je mag anderen slaan’. Daarnaast kun je je kind er mogelijk mee schaden. Het risico dat het slaan steeds erger wordt is ook aanzienlijk. Afgezien van alle mogelijke negatieve gevolgen, is het sowieso beter om kinderen verbaal te corrigeren en uit te leggen waarom iets niet mag; effectiever en zonder nare risico’s.
Bronnen:
Het ongedwongen kind | A.J. Solter | ISBN 9789060208014
Kleine ontwikkelingspsychologie | R. Kohnstamm | ISBN 9789031361601
Opvoeden met alle geweld | H. Baartman | ISBN 9789066650954
Ontwikkelingspsychologie | Mönks & Knoers | ISBN 9789023245209