Kinderen zeggen gemiddeld zo tussen de 13 en de 18 maanden hun eerste woordje, maar communiceren doen ze al veel eerder. Het eerste huiltje is al een uiting van communicatie, maar ook het sabbelen op de vuistjes en het wrijven in de ogen horen hier bij. Uit dergelijke gebaren kun je opmaken wat de behoefte van je kind is. Heeft het honger, is het moe?
Hoe ouder het kind is, hoe diverser diens behoeften. Je baby of dreumes heeft nu niet alleen maar honger of dorst, maar ook voorkeuren in het soort voedsel dat je hem geeft. Hij heeft niet alleen maar zin om te spelen, maar weet misschien al heel goed met welk materiaal en of hij wel of niet met jou wil spelen.
Ondanks dat je kind nog niet kan praten, kan het wel goed duidelijk maken wat het wil. Hij kan namelijk al uitstekend omgaan met gebaren.
Vanzelfsprekende gebaren
Automatisch leer je je kind een aantal gebaren aan; je zegt gedag en zwaait als je weggaat, je haalt je schouders op en vraagt: ‘waar is het nou?’, je schudt nee en knikt ja, de armen gaan de lucht in terwijl je ‘hoera!’ roept en je applaudisseert bij ‘goed zo!’. Deze gebaren neemt je baby allemaal over omdat hij de link kan leggen tussen wat je zegt en het gebaar dat er bij hoort. Hoe ouder hij wordt, hoe sneller hij het doorheeft.
Het nut van de babygebaren
Maar waarom leren we onze kinderen deze gebaren aan? Zodat je peuter ja kan knikken terwijl hij ja zegt? Hoewel non-verbale communicatie erg belangrijk is, lijkt je er toch meer uit te kunnen halen. Want wat als we het eens opdraaien? We leren kinderen niet een gebaar ter ondersteuning van wat ze zeggen, maar we leren ze de gebaren zodat ze met ons kunnen communiceren zolang ze dat nog niet verbaal kunnen. Het leuke is: het blijkt ook echt te kunnen.
Lissa Zeviar is de dochter van twee dove ouders. Ze heeft een babygebarentaal ontwikkeld waarbij de meest voor de hand liggende woorden een gebaar hebben gekregen. Zo is er een gebaar voor ‘melk’, voor ‘meer’ en voor nog vele andere woorden. De theorie is dat je het gebaar gebruikt terwijl je het woord zegt. Dus je vraagt: “Wil je melk?”, terwijl je een denkbeeldig glas leegdrinkt. De methode vereist wel tijd, maar als je dit consequent doet kan een baby vaak al na een maand zelf het gebaar maken als hij melk wil.
Dit schept natuurlijk veel duidelijkheid. Je kunt er soms radeloos van worden als je er niet achter kunt komen wat je baby of dreumes bedoelt. Een kind kan er erg gefrustreerd van raken als hij niet duidelijk kan maken wat hij wil. Zodra hij dit wel kenbaar kan maken, leidt dit vaak tot rust.
We spreken niet willekeurig klanken uit, maar we bedoelen hier ook daadwerkelijk iets mee
Uitbreiden van gebaren
Je kunt uiteraard je eigen gebaren bedenken, maar er worden ook cursussen Babygebaren aangeboden en er zijn boeken over te lezen. Er zijn zelfs al kinderdagverblijven die gebruik maken met de gebaren uit deze cursus. Daarom kan het ook nuttig zijn om je, als je met kleine kinderen werkt of dat in de toekomst wil doen, in de Algemeen Beschaafde Nederlandse Babygebarentaal te verdiepen. Nederlandse inderdaad, want net als de gewone gebarentalen heeft elk land een andere taal. Uiteraard overlappen veel woorden omdat deze voortgevloeid zijn uit de handelingen die er bij horen.
Van babygebaren naar praten
Sommige mensen zijn terughoudend omdat ze bang zijn dat hun kind het nu niet meer interessant vindt om te leren praten; het kan immers al communiceren. Een begrijpelijke angst, maar het blijkt dat kinderen die de Babygebaren onder de knie hebben juist sneller meer woorden leren spreken, omdat ze al begrijpen hoe het werkt; we spreken niet willekeurig klanken uit, maar we bedoelen hier ook daadwerkelijk iets mee. Volgens onderzoekers kunnen kinderen van twee die opgroeien met de babygebaren gemiddeld 50 woorden meer dan hun leeftijdsgenoten. Het taal – en denkgedeelte van de hersenen wordt steeds verder ontwikkeld doordat een mens in aanraking komt met taal. Een gebaar, waarmee een kind zich kan uitdrukken, is ook taal. Een ander bijkomstig voordeel zou zijn dat door de gebarentaal ook de intellectuele en emotionele groei bevorderd wordt. Een kind dat de gebarentaal kent kan zich immers op jongere leeftijd verstaanbaar maken.
Meer weten?
Babygebaren | Lissa Zeviar | ISBN 9789022995723