Over hoogbegaafde kinderen bestaan veel misverstanden. De Week van de hoogbegaafdheid heeft als voornaamste doel hoogbegaafdheid positief onder de aandacht te brengen, kennis over hoogbegaafdheid te verspreiden en vooroordelen en misvattingen weg te nemen. Want helaas hebben hoogbegaafde kinderen (en ook volwassenen trouwens) nog vaak met vooroordelen te maken.
We zetten een paar storende aannames over hoogbegaafdheid op een rijtje. En wat er niet aan klopt.
“Hoogbegaafde kinderen moeten zich maar aanpassen aan het reguliere onderwijs.”
Deze staat wat mij betreft op nummer één. Ik word hier zo moe van. Zelfs in een artikel van het NOS over thuiszitters las ik: ‘Er zijn ook hoogbegaafde kinderen bij die aanpassingsproblemen hebben […]’ Ik dacht dat we passend onderwijs nastreefden in Nederland? Of is het stiekem toch zoals Loesje zegt:
Passend onderwijs. Is dat passend voor het kind of voor de maatschappij?
Met uitspraken zoals die van het NOS wordt in één keer duidelijk waar de schoen wringt. Er wordt continu verwacht dat kinderen zich aanpassen aan het verouderde onderwijssysteem. Lukt dit niet dan hebben ze pech en worden ze doodongelukkig op school of komen thuis te zitten. Inmiddels zitten duizenden kinderen thuis, dus misschien is het tijd dat we het onderwijs eens onder de loep nemen in plaats van al die kinderen? Hoogbegaafde kinderen hebben net als minder begaafde kinderen aangepaste lesstof nodig. Op de één of andere manier begrijpen mensen het wél wanneer je extra ondersteuning nodig hebt, maar níet wanneer het om behoefte aan meer uitdaging gaat. Passend onderwijs is geen luxe maar noodzaak.
“Wees blij dat je een hoogbegaafd kind hebt. Lekker makkelijk zo’n Einstein in huis!”
Vraag het aan een ouder van een hoogbegaafd kind en negen van de tien keer zul je te horen krijgen dat het helemaal niet altijd makkelijk is. Om te beginnen gaat niet elk hoogbegaafd kind naar het gymnasium en ook niet altijd naar het VWO of de HAVO. Uit onderzoek van het IHBV (Instituut Hoogbegaafdheid Volwassenen) blijkt zelfs dat er relatief veel hoogbegaafde volwassenen werkloos zijn. Hoogbegaafdheid is dus absoluut geen garantie voor een glanzende carrière en een gelukkig leven. Als ouders van een hoogbegaafd kind loop je ook vaak tegen de starheid van het huidige onderwijs aan. Er gaat vaak ont-zet-tend veel tijd zitten in het regelen van passend onderwijs, verrijkingsmateriaal, toegang tot de plusklas (als die er al is) of het mogen versnellen. Vele uren worden er besteed aan gesprekken en mailtjes met leerkrachten en IB-ers.
Passend onderwijs is geen luxe maar noodzaak
In het artikel Zeurende ouders hebben gelijk! schreven we over Lisette. Zij maakte in haar artikel heel duidelijk hoe lastig het soms is om het onderwijs goed op de rit te krijgen voor je hoogbegaafde kind. Lisette: “Wij zitten in die eerste week al bij de juf op gesprek. Als wij met pijn en moeite, en met behulp van duurbetaalde (door ons) kindercoaches en kinderpsychologen een dossier hebben opgebouwd, kunnen wij wel gillen als de leerkracht zegt ‘dat ze het dossier niet leest omdat ze eerst zelf een beeld wil vormen van het kind’. Als we langer wachten, weten we dat er weer andere excuses zijn: voor de herfstvakantie hebben alle kinderen een dipje, de sinterklaastijd is een drukke tijd, en na de kerst gaat het tempo omhoog. Er is zo weer een schooljaar voorbij zonder daadwerkelijke stappen. En onze kinderen hebben die extra begeleiding zo hard nodig!” Daarnaast zijn hoogbegaafde kinderen vrijwel altijd hooggevoelig én hebben ze hoge verwachtingen van de kinderen om zich heen. Hét recept voor een flinke opbouw van frustraties en spanningen die vaak thuis geuit worden. Nee, dat klinkt niet als lekker makkelijk.
“Weet jij het antwoord op die vraag niet? Ik dacht dat jij zo slim was?”
Ook als je hoogbegaafd bent weet je niet overal het antwoord op. Dat klinkt heel logisch, maar toch krijgen veel hoogbegaafden dergelijke opmerkingen als ze een vraag hebben of iets niet gelijk snappen. Terwijl ook hoogbegaafde kinderen wel eens ondersteuning en uitleg nodig hebben. Dat zo’n opmerking voor het zelfvertrouwen van kinderen niet fijn is lijkt me duidelijk. Een groot aantal hoogbegaafde kinderen wordt zelfs niet eens als zodanig herkend doordat ze om verschillende redenen onderpresteren. Renata Hamsikova van IeKu Advies legt hier uit wat onderpresteren precies is.
“Hoogbegaafde kinderen zijn dan misschien wel heel slim, sociaal-emotioneel lopen ze vaak ontzettend achter.”
Renata schrijft hierover dat de sociaal-emotionele ontwikkeling pas optimaal kan plaatsvinden in een omgeving met ontwikkelingsgelijken. Eventuele problemen worden dus veroorzaakt omdat een kind niet in zijn omgeving past. Niet omdat er sprake is van een gebrek aan sociale vaardigheden. Sterker nog, hoogbegaafde kinderen lopen ook op het sociaal-emotionele vlak vaak voor. En juist hierdoor ontstaat er soms wrijving. Ze hebben veel hogere verwachtingen van vriendschappen, afspraken, eerlijkheid, trouw en rechtvaardigheid.
Vriendschappen ontstaan nu eenmaal wanneer je samen een interesse deelt. Maar dan moeten er natuurlijk wel kinderen om je heen zijn die dezelfde interesses hebben. Ben jij helemaal lyrisch van het Oude Egypte, maar zijn je klasgenoten daar helemaal niet mee bezig dan is het lastig praten. Volgens Renata zou de zorg niet per se moeten zijn dat hoogbegaafde kinderen geen vriendjes hebben, maar moeten we ons er meer zorgen om maken dat ze zich in een omgeving zonder gelijken bevinden. En dáár moeten we vervolgens iets aan doen, want met het kind is feitelijk niets mis.
Hoogbegaafde kinderen lopen ook op het sociaal-emotionele vlak vaak voor
“Waarom hebben hoogbegaafde kinderen extra uitdaging nodig? We vervelen ons toch allemaal weleens?”
Een beetje vervelen is helemaal niet erg. Sterker nog, van vervelen kom je vaak tot spelen en tot nieuwe ideeën. Maar wat als je je jarenlang verveelt op school omdat je nu eenmaal twee keer zo snel door de lesstof heen gaat? Als de lessen voor jou helemaal niet interessant genoeg zijn en je totaal niet uitgedaagd wordt? Hoe nuttig is het vervelen dan nog? Uit onderzoek blijkt dat volwassenen die zich vervelen op het werk dezelfde klachten vertonen als overspannen mensen. Een bore-out heet dat. Helemaal niet gezond voor je! Vandaar dat plusklassen, verrijkingsmateriaal of versnellen gewoon broodnodig zijn.
Wil je meer weten over hoogbegaafdheid?
Hoogbegaafdheid, ik geloof er niet in