Laetitia uit België droomt van een kind adopteren. Ze vertelt in drie delen hoe ze dat heeft gedaan.
Het was april 2010. We hadden net besloten dat we voor een derde kindje zouden gaan. We droomden van een groot gezin met wel vier kinderen en we waren al aardig op weg om dit te worden. Het is zo’n mooie tijd, die periode waarin je kan dromen over zwanger zijn, schattige baby’s, de positieve zwangerschapstest en blauwe of roze wolkjes!
Slumdog millionnaire
Op een luie avond keken we naar de film ‘Slumdog millionnaire‘. We hadden veel positieve echo’s gehoord van deze film en vonden het leuk dat het zich in India afspeelde. Daar waren we op huwelijksreis geweest. We verheugden ons op een gezellig avondje film, maar het pakte ietsje anders uit… Ik was zo hard aangegrepen door het lot van de kinderen in de film dat ik hem niet eens heb kunnen uitkijken. Huilen, huilen, onmacht en opstandigheid voelen. Mijn man wist eventjes niet wat hij met me moest doen. Ik was er ondersteboven van en dat zou nog een paar dagen duren.
De daaropvolgende dagen heb ik veel nagedacht over het leven, over kinderen krijgen, over de zin van het leven en over het lot van zoveel kinderen die niet in een gezin kunnen opgroeien. De idealist in mij werd wakker: ik zou de wereld willen veranderen en alle kinderen liefde willen geven! Maar wat als dat niet gaat? Kan ik dan misschien het verschil maken voor één enkel kind? Zouden we een kind adopteren?
Adopteren: bevlieging of missie?
Ik besefte maar al te goed dat zo’n idealistisch idee op het eerste gezicht wat belachelijk kan lijken. Maar ik was er helemaal van doordrongen en hoe langer ik erover nadacht, hoe meer ik ervan overtuigd was dat ik het wilde. Allerlei ideeën en situaties uit het verleden kwamen weer in me op: mijn beste vriendin in de lagere school was geadopteerd, in het middelbaar heb ik ooit een verhandeling geschreven over adoptie, ik heb me altijd voorgenomen dat ik voor adoptie zou kiezen indien ik zelf geen kinderen zou kunnen krijgen. Ik had de laatste jaren niet meer aan adoptie gedacht; ik kón immers kinderen krijgen en die vriendin was ik uit het oog verloren. Maar mijn interesse voor adoptie kwam terug en ik dacht opeens aan een gezin die na 3 biologische kinderen nog een meisje had geadopteerd uit China…
Ik begon informatie op te zoeken op internet (ha, dat wereldwijde web: fantastisch toch!) en kwam vanalles te weten: over aanbod aan kandidaat-adoptieouders, strenge screenings voor kandidaten, herkomstlanden die weinig of niet open staan voor gezinnen met biologische kinderen, ellenlange wachttijden, hechtingsstoornissen, opvoedingsproblemen en ga zo maar door. Een ander zou het misschien al opgeven, maar ik zocht verder.
Op onderzoek
Zo kwam ik te weten dat sommige landen wél open stonden voor gezinnen met biologische kinderen en dat je toch maar op één lijst tegelijk kan staan. Er is een overaanbod aan kandidaten voor het adopteren van gezonde baby’s, maar er worden soms hopeloos ouders gezocht voor kinderen met een ‘special need’ ofwel een extra zorgbehoefte. Klik, klik en nog eens doorklikken om te weten wat dát nu weer zou kunnen betekenen, ‘special need’: kinderen ouder dan 6 jaar, siblings (broers en zussen), kinderen met een medisch probleem. Een medisch probleem? Welke dan? Klik, klik, en daar zag ik dan lijsten met allerlei aandoeningen gaande van een paar moedervlekjes, blind, doof, een gespleten verhemelte, klompvoetjes, een hartaandoening, het missen van een ledemaat tot HIV…
Ik liet alle informatie even bezinken en probeerde me in te beelden hoe het zou zijn om een kindje op te voeden dat niet uit mijn buik kwam. Eerlijk? Ik had er geen moeite mee. Van mijn biologische kinderen houd ik zielsveel, maar waarom zou ik een ander ukkie niet evenveel kunnen liefhebben? Ik ben dol op mijn man, en die komt toch ook niet uit mijn buik? (Gelukkig maar!)
Wat wil mijn man?
En ja, nu we het over die man hebben… Ik zou het best ook gauw met hem bespreken. Adopteren doe je niet alleen; we zouden er allebei voor 100% moeten voor gaan, gezien de vele uitdagingen van adoptie. Ik wist niet goed hoe ik het zou aanpakken; ik was bang dat hij mijn adoptie-idee zou afwimpelen als een fantasietje. En dat zou pijn doen, want dit was een serieuze wens.
Op een avond stelde ik voor om nog eens naar een film te kijken, een film die ik zorgvuldig had uitgekozen met als thema, jawel, adoptie. Het was de film ‘Casa de los babys’, waar te zien is hoe verschillende vrouwen weken wachten op hun adoptiekindje in een hotel in Mexico en hoe ze met die wachttijd omgaan. Na de film kon ik mijn tranen natuurlijk weer niet bedwingen. Gelukkig had mijn man het snel genoeg in de mot. Hij voelde aan dat dit serieus was voor mij. We hebben die avond kort gepraat over mijn ‘adoptiewens’.
Adoptie-ouders in de dop
Enkele weken later vertrokken we een weekendje met ons twee naar Maastricht en we zouden daar het onderwerp verder uitdiepen. Maastricht zal voor mij altijd met adoptie gelinkt worden. We hebben er uren en uren gepraat over kinderen, opvoeden, adopteren, ‘special needs’, het leven, mogelijke problemen en noem maar op. We hadden een boek gekocht over adoptie en schuimden al lezend en pratend terrasjes af. Op dat moment al dachten we ‘Ook al gaan we niet door met adoptie; praten over het thema zelf zal onze relatie verdiept en verrijkt hebben!’. Dat gaf al een goed gevoel. Mijn man was nog geheel niet overtuigd; hij is meer down-to-earth en springt niet zomaar in een avontuur. Gelukkig maar, want dit dwong me om goed na te denken over mijn motivatie. Toen we thuis kwamen zei mijn man: ‘Laten we ons aanmelden voor de voorbereidingscursus; daarna zullen we beslissen of we ermee doorgaan.’ Ik sprong een gat in de lucht!
Achtbaan
Ondertussen was er nóg belangrijk nieuws: ik was weer zwanger! Het was allemaal spannend en emotioneel. We hadden dan wel de droom om vier kinderen in ons gezin te verwelkomen, maar nu beslisten we tegelijkertijd om een derde en een vierde kindje te willen!
De voorbereidingscursus was gepland na de zomervakantie. Op 8 weken had ik nog een echo en onze nieuwe baby deed het goed. Half augustus ging ik nog eens naar de gynecoloog voor de 12 weken-echo en toen kregen we een klap in ons gezicht: de baby leefde niet meer. Dit was mijn tweede miskraam en opnieuw besefte ik hoe broos geluk kan zijn. Ik had al twee prachtkinderen, maar toch… Het verdriet is enorm. We trokken ons op aan het idee dat we misschien meteen door zouden gaan met adoptie, moest een zwangerschap niet meer lukken.
In september volgden we de voorbereiding en hoewel we er niet veel bijleerden omdat we al zoveel hadden gelezen en besproken, zei mijn man: ‘Oké, we gaan ervoor. Ik ben 100% overtuigd.’ We zouden nog een paar maanden wachten om te zien of een derde biologisch kindje nog zou komen en anders zouden we met de adoptieprocedure beginnen.
Binnenkort lees je hoe het verder ging met Laetitia en haar adoptie-/kinderwens.
Verder lezen
Adoptie. Verhalen, ervaringen en adviezen uit de adoptiedriehoek, M. van de Mortel
Adopteren in Nederland, H. Walenkamp