Zo vanaf eind augustus zijn bramen rijp, als je de plekjes weet te vinden, dan kun je met een beetje mazzel emmers vol plukken. Heerlijk om zo los te eten, maar het is voor kinderen nog leuker om het ergens in te verwerken.
Wij zijn een fietstocht gaan maken, op zoek naar nieuwe, ons onbekende bramenstruiken. Erg gezellig en ook nog leerzaam want er werd zo goed gezocht naar bramen dat ze steeds weer een struik of boom zagen die ze nog niet bij naam kenden.
Na een halfuurtje rondfietsen vonden we een meterslange bramenstruik en plukten we ons emmertje vol. Het ene kind piepend over de stekels met drie bramen als resultaat, de ander wierp zich er in zijn enthousiasme zo’n beetje in, plukte handenvol en gaf geen kik.
Eenmaal thuis hebben we er samen jam van gemaakt. Zo gedaan en grotere kinderen kunnen het bijna helemaal zelf doen.
Ingrediënten
400 gram bramen
6 eetlepels geleisuiker
1/2 eetlepel citroensap
Bereidingswijze
Doe de bramen in een kom water om te wassen en kijk ze goed na op achtergebleven steeltjes en beestjes. Daarna mogen ze in de pan, samen met de suiker en het citroensap. Je kunt er eventueel ook appel aan toevoegen, dan wordt de jam wat dikker.
Kook de bramen tot ze heel zacht zijn, een minuut of acht. Daarna ga je de bramen zeven met een echte roerzeef. Flink hard werken voor de kleintjes want het draaien gaat niet heel gemakkelijk.
Zo pers je alle jam door de zeef en de pitjes die veel kindjes niet zo lekker vinden blijven achter.
Doe de jam in een potje dat je hebt uitgekookt of in de vaatwasser is geweest, zo blijft de jam langer goed. De jam wordt pas wat dikker als het echt goed afgekoeld is.