Het naaipatroon van de jumpsuit is al lange tijd een hit op Kiind. Nu hebben we voor de breiers een warme variant!
Als je rechte en averechte steken kunt breien kun je deze babyjumpsuit maken! Maar… merkte mijn moeder terecht op: ‘Je moet er ook een beetje gevoel voor hebben.’ Dat is waar. Als je al lange tijd niet meer gebreid hebt of nooit iets ingewikkelds hebt gemaakt, probeer dan eerst een mutsje, iets eenvoudigs, om te kijken hoeveel lol je hebt in breien.
De grootte van de jumpsuit wordt bepaald door het soort garen, de dikte van de breipennen en je manier van breien (strak of losjes). Een gevorderde breier maakt deze jumpsuit in zo’n 20 uur (geschat, ik heb het niet getimed).
Onderstaand patroon is geschikt voor een baby van 0 tot 3 maanden.
Ik brei zelf wat strakker dan op de stekenverhouding van het garen staat en bij onderstaand patroon werd de jumpsuit maat 50/56. Als je gemiddeld of losjes breit, een dikker garen of met dikkere pennen breit dan kun je op een grotere maat uitkomen.
Benodigdheden
Wollen of katoenen garen, 15 knopen, breipennen, rondbreinaald (of 1 of 2 extra breipennen), haaknaald, 2 stopnaalden zonder punt, 1 grotere voor de naden en een kleine voor het vastnaaien van de knopen.
Ik heb deze jumpsuit gebreid van Phil Etik (Phildar) biologisch katoen. Dit garen gaat helaas uit het assortiment, maar als je googelt vind je nog webshops die wat voorraad hebben. Phil Etik is een garen van 100% biologisch katoen. Het katoen is heel zacht en verkrijgbaar in verschillende natuurlijke tinten van effen tot gemêleerd.
Van Phil Etik heb je 5 (plm. 4,5) bollen van 50 gram nodig. Phil Etik is 113 meter per bol.
Op de wikkel staat welke maat pennen je nodig hebt en welke stekenverhouding. Het is altijd verstandig om een proeflapje te breien. Op de Phil Etik-wikkel staat een stekenverhouding van 22 steken en 30 toeren = 10×10 cm. Voor deze afmeting moet ik (met mijn wat strakkere manier van breien) 26 steken en 31 toeren breien.
Als jij gemiddeld breit, kun je gewoon het aantal steken en toeren uit het patroon aanhouden.
De volgorde van breien is als volgt: eerst pijpje voor pijpje, van onder naar boven. Dan zet je de twee pijpjes op 1 naald en brei je het achterpand. Bij de overgang naar de mouwen ga je zowel steken minderen als meerderen. Op dat moment heb je 110 steken op de pen.
In het midden minder je voor de nek en brei je de mouwen 1 voor 1 verder. De sluiting aan de voorkant brei je het laatst.
Boordsteek = 1 steek recht, 1 steek averecht
Tricotsteek = 1 toer recht, 1 toer averecht
Kantsteek = 1e steek van een toer overnemen op de andere pen zonder te breien
Eerste pijpje
40 steken opzetten en 20 toeren boordsteek.
Vervolgens ga je verder in tricotsteek en meerder je elke 4e en 10e pen aan beide kanten 1 steek (dus meerderen in de 24e, 30e, 34e, 40e, 44e, 50e, 54e, 60e, 64e, 70e, 74e en 80e pen).
Averechte steken meerderen geeft namelijk het mooiste resultaat.
Als je de eerste steek niet laat afglijden, maar de achterkant van de steek nog een keer breit, maak je er 1 steek bij.
Na 80 pennen tricotsteek heb je 64 steken.
Minderen voor het kruis:
Aan beide kanten 1x 6 steken en 1x 3 steken afkanten aan het begin van de eerstvolgende 4 toeren.
Over de resterende 46 steken brei je nog 6 toeren.
Brei daarna verkorte toeren voor het schuine gedeelte. Brei 23 steken, draai je werk om, vervolg.
Brei de volgende toer averecht.
Brei 20 steken, draai je werk om, vervolg.
Brei de volgende toer averecht.
Vervolg de verkorte toeren, na 17 steken, na 14 steken, na 11 steken en na 8 steken werk omdraaien.
2 toeren over alle 46 steken.
Tweede pijpje
Brei als eerste broekspijp, maar dan in spiegelbeeld (vanaf het minderen-voor-het-kruis-gedeelte).
Zet daarna beide pijpjes op 1 breipen. De verhoging moet tegen elkaar aankomen. Brei over de totaal 92 steken 47 toeren tricotsteek. Daarna kun je ook alvast het naadje aan de achterkant van het kruis dichtnaaien.
Mouwen
Voor de mouwen ga je aan weerszijden van je breiwerk 23 steken afkanten. OF – als je aan de voorkant een zogenaamde onzichtbare naad wilt maken – zet je aan beide kanten 23 steken op een hulpnaald. Ik kon geen hulpnaald vinden en heb 2 veiligheidsspelden gebruikt.
Zodra je 23 steken hebt afgekant/op hulpnaald gezet, zet je ook weer 32 nieuwe steken op de pen. Aan de andere kant hetzelfde: 23 steken afkanten/op hulpnaald en meteen 32 nieuwe steken op je pen zetten. Nu 110 steken.
Brei 32 toeren.
Voor de halsopening de middelste 14 steken afkanten en vervolgens brei je de voorkant van de mouwen 1 voor 1 verder.
Brei weer 32 toeren,waarbij je aan de kant van de nek nog 1x 3 steken en 1x 2 steken mindert.
Aan de kant van de nek/hals ga je vervolgens 2x 3 steken, 2x 2 steken en 1x 1 steek meerderen en kom je uit op 54 steken.
Na die 32 toeren aan de voorkant, ga je 31 steken afkanten voor de mouw en ga je de overige 23 steken met een onzichtbare naad aan elkaar naaien. OF je kant alle steken af en naait de afgekante gedeelten aan de voorkant aan elkaar.
Boord aan de mouwen
Als je bij de uiteinden van de mouwen een kantsteek hebt aangehouden, kun je alle 34 opnemen om een boord te breien.
Ik gebruik daarvoor een haaknaald en pak aan de achterkant van de haaknaald met een breinaald de steken op.
Brei 20 toeren boordsteek en kant af. Begin elke toer met een kantsteek, dan kun je boorden heel gemakkelijk en netjes dichtnaaien.
Naai de mouwen dicht. Hoe je dit netjes kunt doen zie je op dit filmpje.
Sluiting tussen de beentjes
Neem daarna alle steken op langs de pijpen aan de achterkant. Ik kwam uit op 120 steken.
Brei 6 toeren boordsteek en kant af.
Naai daarna aan de voorkant de 6 afgekante steken van de pijpjes aan elkaar.
Neem vervolgens alle steken op langs de pijpen aan de voorkant. Aan deze kant brei je een boord met 11 gaatjes (knoopsgaten).
2 toeren boordsteek
3e toer: 5e steek afkanten, daarna 10x elke 11e steek afkanten en nog 5 steken breien
(dit is hoe je 11 gaatjes verdeelt over 120 steken. Heb je een ander stekenaantal, moet je misschien even rekenen hoe het beste de gaatjes te verdelen).
4e toer: boven elke afgekante steek weer een steek meerderen.
5e en 6e toer tricotsteek.
7e toer afkanten.
Sluiting voorkant
Het lastigste deel voor ’t laatst! De sluiting aan de voorkant kun je met een rondbreinaald breien, maar ik ben overgegaan op 3 breinaalden (op 2 pennen alle steken en met een 3e ga je dan breien).
Met 2 breinaalden kan ook, dan brei je de boord in twee gedeelten en heb je een naadje aan de achterkant (iets uit het midden in de ronding is dan het mooist).
Je baby heeft er een warm pakje bij!
Ik nam alle steken op en kwam op 140 uit. Uit ervaring wist ik dat dit wat te weinig was (dan zou de boord te veel ‘trekken’ aan de voorkant) en daarom meerderde ik tot 156 steken. De 16 extra steken aan de voorkant en bij de pijl (zodat de boord mooi rond loopt). Geen steken meerderen bij de nek / hals.
8 toeren boordsteek waarbij je in de 3e toer 4 steken mindert en in de 4e toer weer 4 steken meerdert voor de 4 knoopsgaten aan de voorkant.
Tot slot: losse eindjes afwerken, 11 bijpassende knoopjes opnaaien en je baby heeft er een heerlijk comfortabel warm pakje bij!
Sylvie Zuidam is grootgezinmanager, werkt voor baby’s en hun ouders, productontwikkelaar (o.a. breipatronen), blogger en tekstschrijver.
Blij met Kiind? Bestel het enige echte boektijdschrift Opvoeders en huttenbouwers nu! Perfect als cadeau of voor jezelf. Met het beste van vijf jaar Kiind en meer.
