Als vader sta ik onder constante ‘surveillance’. Met jongens van 8, 6 en 2 is er altijd wel iemand nieuwsgierig naar wat ik uitvreet.
De uitgebreidheid van het antwoord is vaak omgekeerd evenredig met de leeftijd van de vrager. Van: ‘Ik maak de borden en de kopjes schoon zodat we er straks weer van kunnen eten,’ naar: ‘Ik doe de afwas,’ tot: ‘Dat zie je toch?’.
Daantje de wereldkampioen
Roald Dahl schrijft in Daantje de Wereldkampioen over de vader van Daantje die hem steeds alles zelf laat proberen en tegelijk klaar staat als hij hulp nodig heeft. Ik ben zelf snel geneigd om het ‘wel even te doen‘. Zo’n vader als die van Daantje lijkt mij eigenlijk leuker dus probeer ik de gedachte aan die houding steeds bij me te houden.
‘Papa, wat doe je?’
‘Wil jij het proberen?’
Wanneer is m’n kind eigenlijk klaar om te solderen?
Meestal zijn het hele gewone dingen. Tafel dekken, spijker in de muur, stofzuigen, band plakken. Prima te leren door goed te kijken hoe iemand anders het doet. En dan zelf doen. Maar wanneer is m’n kind eigenlijk klaar om te solderen? Als hij een pen netjes vast kan houden? Of toch wachten tot hij zich een paar keer aan iets minder heets heeft verbrand? Nog gevaarlijker? Des te interessanter: hout hakken, ijzer flexen, grasmaaierbladen slijpen…
Ik kan mij maar moeilijk voorstellen dat de vader van Daantje hem als kleuter de haakse slijper in de handen drukte en erbij ging staan kijken. Klaar om te helpen als het nodig was. Hij moet een hoop zelfbeheersing hebben gehad. Een heleboel vertrouwen ook.
Een angstige meester maakt het leren niet makkelijker. Gezond verstand zegt me dat mijn kind van 8 nog niet klaar is om een apparaat te hanteren waarmee hij gemakkelijk zijn eigen been kan afjensen. Of is dat slechts mijn angst? Ik probeer me te herinneren of onze EHBO-koffer goed gevuld is…
Digitale tijdperk
Soms is het lastig om te leren door de kunst af te kijken.
‘Papa, wat doe je?’
‘Ik sta voorovergebogen naar het zwarte stuk lichtgevend glas in mijn hand te kijken.’
‘Maar, wat doe je echt?’
‘Ik probeer uit te vinden of een decoupeerzaag geschikt is voor mensen onder de 9.’
Bij een smartphone is ‘leren door goed kijken en dan zelf doen’ niet van toepassing. Kijk maar eens goed naar de mensen op een gemiddeld treinperron. Iets geleerd?
Om er wat van te leren, moet je zien wat er op het scherm gebeurt. Dat gaat best lastig; klein scherm, vingergepriegel. Dus ik geef een uitgebreid antwoord.
‘Ik kijk even naar het weerbericht of het droog blijft zodat we vanavond misschien fikkie kunnen stoken.’
‘Hoi! Fikkie stoken! Mag ik helpen met hout hakken?’
Ik hoop dat ze zo zien dat internet echt retehandig kan zijn als jij maar zelf de baas blijft
Samen zijn
Zo min mogelijk beeldscherm gebruiken als mijn kinderen erbij zijn. Dat heb ik me voorgenomen. Als ik mijn telefoon pak, moeten zij kunnen begrijpen wat ik ermee doe. Anders ben ik ‘weg’ zonder dat ze snappen waarom. Ik hoop dat ze zo zien dat internet echt retehandig en leuk kan zijn als jij maar zelf de baas blijft. Net zoals bij vuur trouwens. Ik leg snel m’n smartphone weg en concentreer me weer op samenzijn.
‘Als je belooft heel goed op te passen mag jij de aanmaakhoutjes hakken.’
‘Yeeeeaaah!’
Dan download ik straks even de EHBO app…
Even offline? Staar dan naar onze eigenste bloemenposter
Lees ook: Achter het scherm weg
Maarten Wolzak is online ondernemer en uitvinder, gek op ideeën en dingen maken, verdeeld door de magie- en de dreiging van digitaal.