Klein wonen heeft veel voordelen en is erg goed voor het milieu. Je hoeft niet veel te stoken, er is maar weinig tijd nodig om je huis schoon te maken en je huis voelt al gauw ‘knus’ aan. Echter, een kleine woning heeft natuurlijk ook nadelen. Want waar laat je al je spullen? En hoe zorg je dat al je activiteiten een plekje kunnen krijgen? En krijgen alle gezinsleden wel voldoende ruimte en privacy? In dit artikel vind je tips voor als je weinig woonoppervlak hebt.
Denk multifunctioneel
De meeste ruimte bespaar je door multifunctioneel te denken. Een beslagkom die ook als slakom dienst kan doen, een bank die je uit kunt klappen tot een logeerbed, een setje krukjes die je ook als bijzettafeltjes kunt gebruiken. Een laptop zorgt ervoor dat je je eetkamertafel makkelijk kunt ombouwen naar werkplek, helemaal als je het combineert met een verrijdbaar (archief)kastje. Ook apparatuur kan op meerdere manieren functioneren: tv kijken gaat prima op de computer, en een combimagnetron bespaart je de ruimte van een aparte oven.
Om speelgoed op te bergen is een klepbank ideaal, en het handige is dat je die ook als bank bij de tafel kunt schuiven als je wat meer zitplaatsen nodig hebt.
Ook op klein niveau is het principe van multifunctionaliteit toepasbaar. Met een pak cakemeel kun je geen pannenkoeken bakken, maar met een pak bloem heb je de basis voor beide (en nog veel meer!) recepten in huis. Het scheelt veel ruimte in je keukenkastjes als je basisingrediënten gebruikt in plaats van kant-en-klare pakjes. En ook dat is beter voor het milieu.
Ook speelgoed kan multifunctioneel zijn: een tent onder de tafel werkt prima als speelhuisje en opbergplek. Een tafeltent neemt ook nog eens weinig ruimte in, maar levert uren plezier op (helemaal als je hem af en toe weer opbergt zodat hij steeds ‘nieuw’ is).
Een ander idee is om de onderste plank van een kast om te bouwen tot keukentje. Zaag hiervoor een gat uit de plank en hang er een bakje in (bijvoorbeeld een roestvrijstalen hondendrinkbakje). Een kraantje ernaast, 2 plaatjes met knopjes erbij en voilà: een prachtige kinderkeuken! Onder de plank kun je een of meer mandjes met keukenspulletjes neerzetten. Extra vrolijk wordt het met een gordijntje ervoor.
Bedenk eens welke voorwerpen je ook anders zou kunnen gebruiken, en welke voorwerpen dan eigenlijk overbodig zijn. Je zult verbaasd staan hoeveel het is!
Denk opvouwbaar en ruimtebesparend
Dingen die je op of in kunt klappen nemen maar weinig ruimte in. Een opklaptafel zorgt ervoor dat je opeens heel wat meer gasten kwijt kunt aan je tafel, en opvouwbare stoelen zorgen dat ze ook kunnen zitten. Een stapeltje krukjes neemt ook minder ruimte in dan gewone stoelen, en die pak je er snel bij.
Een opklapbaar bed is snel klaargezet voor een onverwachte logé, en kan naderhand weer verstopt worden in een smalle kast. Voor een baby zijn er combinaties te koop van een ledikant en een commode, zodat je niet beide apart in een kamertje hoeft te zetten. Ook bestaan er opklapbare verschoonplekken die je in een handomdraai weer weggewerkt hebt.
Denk de hoogte in
Benut alle (berg)ruimte die je hebt in huis: maak je kasten zo hoog mogelijk (liefst helemaal tot aan het plafond). Spullen die je niet vaak gebruikt leg je bovenin, zoals je kerstpullen en de dingen die je uit nostalgie wilt bewaren. Dingen die je vaak gebruikt leg je uiteraard voor het grijpen. Je merkt al dat organiseren voor een deel ook analyseren is: ga eens na welke spullen je dagelijks gebruikt, en welke maar eens per maand. Misschien zal het je bij sommige voorwerpen verbazen hoe vaak (of juist hoe weinig) je ze gebruikt. En welke dingen liggen altijd ergens te slingeren, wat heeft eigenlijk geen vaste plek? Verzamel die en bedenk er een goede vaste plek voor. Sommige mensen hebben als tactiek om voor die eeuwig rondslingerende spullen een extra kast te kopen, maar die luxe heb je helaas niet als je een klein huis hebt!
Hang planken op plekken waar je er geen last van hebt (denk ook aan het trapgat, of vlak onder het plafond). Ook kun je keukenkastjes ophangen in plaats van een linnenkast neer te zetten – zo heb je die ruimte niet op de vloer nodig. Keukenkastjes zou je ook boven een bed of ledikantje kunnen hangen. Let dan wel op dat het echt goed bevestigd is!
Hang ook veel haken op voor dingen die anders op de vloer staan, je kunt de gekste dingen ophangen, zelfs je fiets! Ook kun je zakken en manden ophangen om kleinere spullen in op te bergen.
Denk minimalistisch
Geef je huis lichte kleuren en verlicht de kamers goed. Donkere hoeken laten je huis kleiner lijken. Houd de vloer zo leeg mogelijk. Meubels die eenzelfde kleur als de wanden hebben, vallen minder op en laten de kamer groter lijken. Koop transparante, lichte meubels. Gebruik ook niet te veel accessoires. Creëer rust door herhaling van thema’s: twee dezelfde planten in de vensterbank, een paar identieke kaarsen.
In een klein huis is het erg belangrijk om continu op te ruimen. Als de kamers rommelig zijn, ogen ze kleiner. Bovendien ligt rommel in een klein huis meer in de weg dan in een groot huis.
Gebruik alle opbergruimte die je hebt – ook de ruimte onder je bed bijvoorbeeld. Denk goed na over hoe vaak je dingen gebruikt en wat een handige bergplek is. Dingen die je vaak gebruikt, wil je voor het grijpen hebben liggen maar seizoensspullen kun je verder weg opbergen.
Dichte kasten lijken minder rommelig dan open kasten. Als je toch open kasten hebt, kun je overwegen om een serie dezelfde dozen aan te schaffen en daar je spullen in te doen – zo houd je toch een rustig beeld.
Als je je kinderen vanaf het begin wat gewoontes aanleert, kan dat heel goed helpen bij het opgeruimd houden van je huis. Een regel die veel ouders handhaven is: Eerst het ene opruimen, dan het volgende uit de kast pakken. Op deze manier wordt het nooit een grote bende als de kinderen spelen. Ook kun je iets oudere kinderen laten meedenken over opruimoplossingen – ze houden zich er beter aan als ze zelf hebben meegewerkt aan de ontwikkeling van een systeem. Bedenk dat je kinderen er hun leven lang plezier van zullen hebben, als ze van jongs af aan leren hoe je je omgeving netjes houdt.
Maar het belangrijkst is: wees kritisch op wat je koopt en wat je bewaart. Heb je écht twaalf paar schoenen nodig, terwijl je er maar vier regelmatig van draagt? Soms vind je het lastig om dingen weg te doen omdat je er goede herinneringen aan bewaart. Dan kun je er een (digitale) foto van maken en het voorwerp zelf wegdoen. Misschien vind je het makkelijker om dingen weg te doen als je weet dat iemand anders er nog plezier van gaat hebben. Of als je er (bijvoorbeeld via internet of op de rommelmarkt) nog wat geld voor kunt krijgen.
Maar als je flink opruimt, word je in ieder geval blij van het opgeruimde gevoel dat het met zich meebrengt!