Nog geen jaar geleden vertrokken wij als gezin naar een ecogemeenschap in Andalusië. Met een tent en fietsen bovenop onze niet zo ecologisch verantwoorde oude diesel uit 1996 reden we langzaam naar het zuiden. Lees hier een dag uit ons leven.
Er klinkt een zacht geluid uit mijn telefoon, die me langzaam uit mijn slaap haalt. Ik realiseer me dat het mijn alarm is en dat het mijn dag is om te werken. Voorzichtig kruip ik ons grote bed uit – man, dreumes en peuter slapend achterlatend. In de schemer tast ik naar mijn kleren en mijn werkschoenen. Ik doe mijn lenzen in en weet ook nog wat zelfgemaakte deodorant op te smeren. Ik neem de serredeur en beland met mijn stevige stappers in het gras. De vogels zijn bezig met hun nesten en ik hoor de geiten mekkeren terwijl ze worden gemolken. Ik loop door de lange gang naar de keuken en schuif aan bij de andere bewoners met thee van verse rozemarijn, jara en mirre. Ik snij een snee zelfgemaakt roggebrood af en druppel hier koudgeperste olijfolie van eigen bodem overheen.
Er wordt ondertussen overlegd wat er moet gebeuren en mij wordt gevraagd of ik wil beginnen met aardbeien plukken. Als het acht uur is komt iedereen in beweging en ik loop de tuin in: prachtige ochtendkleuren en lichte nevel. Een halfuur lang zijn we bezig met het plukken van zoete en gifvrije rode vruchten. Als ik de tuin uitloop met manden vol kom ik iemand tegen die me grijnzend Roodkapje (Caperucita Roja) noemt. In de keuken wacht me een andere taak: ik mag de vrouwenbadkamer en toiletten gaan schoonmaken. Had ik thuis altijd een hekel aan dit werk, hier doe ik het met veel plezier. Met muziek uit mijn telefoon is het een dankbare klus. Ik voel me net Assepoester op een goede dag.
Ondertussen heeft de klok half 11 geslagen. Dan is er steevast een halfuur pauze waarin we eigen geitenyoghurt met muesli eten. Met aardbeien vandaag. De drie doornroosjes die ik vanochtend in bed heb achtergelaten kom ik tegen, waarvan er twee vrolijk: ‘Mama!’ met een Andalusisch accent roepen. De derde lijkt eerder op een cowboy, met zijn ongeschoren baard en zonnehoed. Er wordt geknuffeld en gekletst en dan alweer afscheid genomen, want ik ga naar de grote schuur. Tot 13 uur ben ik bezig het kaf van het koren te scheiden.
Dan is het lunchtijd: groenten in alle kleuren worden op tafel getoverd en ik schep vijf borden vol om met mijn familie en de andere thuisblijvende peuter buiten op het terras te lunchen. Over de eetregels zijn ze erg duidelijk hier: de kinderen blijven aan tafel zitten totdat ze klaar zijn met eten. Al gaf dit wat gedoe in het begin (we waren gewend de kinderen speels te laten eten en de dreumes van 15 maanden snapte het niet), we hebben er ondertussen een weg in gevonden. Onze ongeduldige dreumes wil op schoot best nog wat langer blijven zitten.
Een uur later is het tijd voor de welbekende siësta. Over inburgeren op dit gebied doen we echt niet moeilijk. Tot drie uur heb ik de tijd om even te dutten of wat te lezen en laat dan de rest van mijn gezin achter om nog tot half zes in de keuken te helpen met het voorbereiden van het avondeten. Als mijn werkdag erop zit, kom ik mijn gezin tegen, smikkelend van de ‘merienda’ (Spaanse borrel), waar de kinderen een stuk fruit eten. Hier is ook de wisseling van de wacht met mijn partner, die de hele dag bij de kinderen is geweest. Hij heeft tot het avondeten tijd voor zichzelf en ik neem de zorg voor de kinderen over. Ondertussen zijn ook de oudere kinderen terug van school. Dit is een tijd van samen buitenspelen of het volgen van georganiseerden activiteiten. Een aantal mensen zet z’n talenten in om iets met de kinderen te doen. Zo is er Claudio die gitaarles geeft, Belem die beweging en dans doet en Lisby die Franse les geeft. Zelf doe ik regelmatig Biodanza of neem de kinderen mee op excursie naar buiten. Er valt genoeg te ontdekken en te spelen in en om het gebouw, op de patio en de 200 hectare bijbehorende grond.
Claudio geeft gitaarles, Belem doet dans en Lisby geeft Franse les aan de kinderen
‘s Avonds eten de kinderen om half acht, en aansluitend om acht uur de volwassen. Het is soms lastig dat ik om acht uur de keuken weer uit moet zijn. Dat is de afspraak: er is gezamenlijk besloten dat kinderen en volwassen apart eten voor de rust. Iets waar we ook moeite mee hadden in het begin, maar na een tijd wennen kregen we meer begrip voor de situatie. De gemeenschap bestaat al dertig jaar en ze hebben al van alles uitgeprobeerd, qua opvoeden van de kinderen en met gezamenlijk eten. Op dit moment kiezen ze ervoor om apart te eten, maar dit zou in de toekomst ook weer kunnen veranderen, afhankelijk van de situatie en de samenstelling van mensen en kinderen.
Morgen ruilen we de taken. Mijn partner gaat werken en ik heb in de middag tijd voor mezelf. De rest van de dag ravot ik dan met mijn kinderen: spelen in het zand, struinen door de weilanden en bergen, de handwas doen in de vallei of stoeien met de grote kussens in de ‘dojo’ (de gezamenlijke oefenruimte). In het weekend gaan we als gezin op pad, maken we een lange wandeling naar de grote waterval of drinken we koffie in het dichtstbijzijnde dorp. We bespreken wekelijks onze nachtelijke dromen in de groep en groeien zo in ons bewust zijn. (Een kwestie van ont-Spanje: zen in Andalusië).
Als je hier wilt gaan wonen, wordt van je verwacht dat je wat ‘innerlijk werk’ doet. Onze ecologische gemeenschap in Zuid-Spanje vergadert wekelijks om te overleggen en te mediteren. Ze zijn heuse Jungkenners en erg gedreven in het analyseren van dromen die we ’s nachts hebben. En al zou je niet willen, met allemaal spiegels om je heen gaat dat vanzelf. Gedrag van anderen dat jou beroert, zegt immers meer over jezelf dan over de ander.
Dat sprookjes niet bestaan weet ik ondertussen, maar dat Utopia echt bestaat wist ik eerder niet. Wij blijven hier niet, omdat er te weinig aansluiting in de manier van opvoeden. We zoeken een plek waar we volgens het ‘continuüm concept’ van Liedloff kunnen opvoeden. Ik weet zeker dat er voor iedereen een eigen Utopia te vinden of te creëren is. Daar waar je mensen ontmoet met overeenkomstige normen en waarden.
Wij hebben hier heel veel geleerd, maar onze weg gaat verder. Met andere gezinnen bouwen we komende zomer aan ons Utopia en zo dromen we nog even verder, niet alleen tijdens de siësta of in de nacht. We dromen niet over sprookjes, maar over een werkelijke gemeenschap waar onze kinderen kunnen opgroeien in vrijheid, worden gestimuleerd in wie ze zijn, in verbinding met de natuur kunnen leven en begeleid worden door de hele gemeenschap.