In een wereld waarin ‘altijd online’ de standaard lijkt, voelt je kind smartphone- en schermvrij opvoeden bijna als een daad van verzet. Een radicaal besluit. En dat kan reacties oproepen. “Mag jouw kind nog geen telefoon?” “Zo leren ze het niet en krijg je juist problemen later.” Of: “Ach, dat moet je toch loslaten.” Onthoudt je je kind niet iets waar ze recht op hebben?
Het recht op rust en aandacht
Wat als we het gesprek eens omdraaien? In plaats van de vraag: “Waarom geef je je kind géén smartphone met social media/onbeperkte schermtijd?”: Waar heeft een kind eigenlijk wél recht op? Misschien op aandacht. Op echte verbinding. Op spel, op verveling zelfs. Op een brein dat mag rijpen. Op bescherming tegen algoritmen die niet hun welzijn, maar hun schermtijd maximaliseren.
Smartphones en sociale media zijn een relatief nieuwe realiteit van het ouderschap geworden. Een realiteit waar ouders en opvoeders wereldwijd mee worstelen, zoals ook de stichting Smartphonevrij Opgroeien helder maakt in hun manifest:
“De tijd en aandacht van onze kinderen wordt opgeëist door de machtigste bedrijven in de geschiedenis van de mensheid… Individueel zijn we geen partij voor de verslavende algoritmen van Big Tech – en de gevolgen voor kinderen, gezinnen en de maatschappij zijn diepgaand.”
De druk van ‘iedereen doet het’
De grootste uitdaging? De sociale norm. “Alle kinderen in de klas hebben er een.” “Ze móet bereikbaar zijn.” “Hij wil erbij horen.” Ontzettend begrijpelijk. Maar als we allemaal blijven doen wat ‘iedereen’ doet, verandert er niets. Juist door samen stil te staan bij wat kinderen écht nodig hebben – spel, fantasie, contact in de echte wereld – kunnen we een ander verhaal schrijven. ‘Huttenbouwen is ook opvoeden’ is hét motto waar we bij Kiind naar leven. Want huttenbouwen is spelen, knus en avontuurlijk.
Eloise Rickman is auteur van het boek It’s not fair, over hoe volwassenen met kinderen omgaan. Ze pleit ervoor goed naar kinderen te luisteren, ze serieus te nemen en ervoor te zorgen dat ze actief deelnemen aan hun eigen leven. Volwassenen beweren vaak te weten wat in het belang van kinderen is, maar we weerhouden ze ervan om zinvolle beslissingen te nemen over hun leven, zowel op persoonlijk als maatschappelijk niveau. Rickman denkt dat we kinderen onderschatten, omdat we vinden dat ze niet in staat zijn tot actief burgerschap en het uitwerken van complexe ideeën. Rickman noemt het adultism, Marianne Vanderveen-Kolkena noemt het adult supremacy; volwassenendominantie.
Oordelen sluiten het gesprek
Of je nu wel of geen smartphone geeft aan je kind, als ouder ben je steeds opnieuw aan het afstemmen. Wat niet helpt, is elkaar be- of veroordelen. Dat maakt het gesprek kleiner en geeft je eerder het gevoel dat je er alleen voor staat.
Stel je voor dat we elkaar in plaats daarvan vragen:
Wat helpt jouw kind om op te groeien in een digitale wereld zonder zichzelf te verliezen?
Hoe probeer jij je kind schermvrij(er) op te voeden?
Dan openen we ruimte. Voor nuance, gedeelde zorgen, steun en misschien zelfs collectieve actie – klasbreed, wijkbreed. Want zoals het manifest zegt:
“We denken dat verandering begint bij ons allemaal. Samen kunnen we het verhaal verwerpen dat een kindertijd, bemiddeld en beïnvloed door verslavende algoritmes, de enige optie is.”
Liefdevol tegen de stroom in
We balanceren allemaal tussen beschermen en loslaten. Tussen verbinding zoeken en grenzen stellen. Je kind nog geen smartphone geven is een bewuste keuze, gemaakt vanuit liefde voor je kind – niet vanuit angst voor wat anderen vinden.
Die bewuste keuzes maken, het liefdevol tegen de stroom inzwemmen, hoef je niet alleen te doen. Sluit je aan bij ouders die ook zoeken, twijfelen en kiezen, kom gezellig bij de Kiindspeeltuin.
Lees ook: