Hoe is het nu eigenlijk om een stiefkind te zijn? Dat kun je misschien alleen écht weten als je het zelf bent geweest, maar empathisch vermogen kun je zeker ontwikkelen. Toevallig sprak ik deze week twee verschillende vrouwen die bewust geen kinderen wilden, omdat ze zo slecht behandeld waren door hun stiefmoeders. De een vertelde dat haar stiefmoeder de was van haar eigen dochters keurig streek en in de kast legde terwijl zij wél haar eigen was moest opruimen. Dat was voor haar een duidelijk en pijnlijk voorbeeld van hoe achtergesteld ze zich haar hele jeugd had gevoeld.
Maar eerst wat feiten
Een aantal factoren zijn gedurende de laatste tien jaar enorm veranderd, met veel gevolgen voor stiefkinderen. Sinds 2009 is het verplicht om een ouderschapsplan te maken als je gaat scheiden, wat op zich natuurlijk mooi is en voor veel gescheiden ouders een basis vormt voor de rest van de opvoeding en omgang. Maar als je al ruzie hebt, kan dit plan een doorlopende bron van steeds meer ruzie en problemen worden, omdat de afspraken niet nageleefd worden en een paar jaar later misschien wel onzinnig zijn. Daar komt nog bij dat het aantal co-ouderschappen massaal gestegen is. In 2000 leefden maar 5% van scheidingskinderen afwisselend bij hun vader en moeder. In december 2013 presenteerde Ed Spruijt van de universiteit van Utrecht nieuwe cijfers op het jaarlijks congres van Stichting Nieuw Gezin: tegenwoordig woont 26% de helft van de tijd bij de ene ouder en de andere helft bij de ander.
Van de ruim 400.000 stiefgezinnen die er zijn in Nederland heeft dus misschien wel een kwart van de kinderen te maken met inwonende stiefouders (de helft van de week bij vader en zijn nieuwe partner en bij hun moeder met haar nieuwe partner). Dit proces gaat niet zonder horten of stoten en al helemaal niet voor kinderen. Vaak vertalen kinderen hun nare gevoelens en onverwerkte geschiedenis in ongewenst gedrag. Dat kan voor jou als ouder lastig te duiden zijn en daardoor reageer je misschien minder begripvol dan je zou willen. Je echt proberen te verplaatsen in je stiefkind kan helpen.
Op de website van Stichting Villa Pinedo, onder leiding van Marsha Pinedo, lees ik het volgende:‘Nu is hij er altijd bij. Ik mis het om met mijn moeder alleen te zijn’,schrijft Linda, 14 jaar.‘(…) nu zit ze de hele dag commentaar op ons te geven, moet alles op haar manier’, zegt Machteld 14 jaar.
Ik was afgelopen winter bij een van de hun workshops waarin jongeren heel openhartig over hun ervaringen vertellen. Het was indrukwekkend. Kinderen geven aan zich achtergesteld of genegeerd te voelen en zijn jaloers, boos, bezorgd en/of verdrietig.
Kruip eens in de huid van je stiefkind
Wil je meedoen aan een experiment? Probeer jullie gezin dan eens vanuit het perspectief van je tienerstiefzoon of je peuterstiefdochtertje te zien. Stel je voor dat je dezelfde houding/lengte hebt als je stiefkind en dat je aan komt lopen.
Hoe zou het zijn om bij jou binnen te komen met je weekendtas en je knuffel of je favoriete gadgets onder de arm? Wat voor man of vrouw zie je in de deuropening – als hij of zij daar tenminste staat? Hoe kijkt die stiefouder, wat zegt en doet hij? Hoe kijkt die stiefouder naar jouw andere biologische ouder die achter je staat en jou net gebracht heeft; is het een blik van irritatie of zelfs walging?
Loop zo eens in gedachten een hele dag door. Hoe word je eigenlijk behandeld door je stiefouder en je bio-ouder? En door je stiefbroer of halfzus? Hebben ze aandacht voor je? Kookt je stiefouder je lievelingsmaaltje voor je of dwingt zij je om je bord leeg te eten terwijl je dat eerder nooit hoefde?
Probeer jullie gezin eens vanuit het perspectief van je stiefkind te zien
Lisette Thooft beschrijft in een artikel ‘Tussen kind en nieuwe aanhang’ in de Volkskrant dat veel alleenstaande ouders opvoeden volgens het poldermodel. Dat wil zeggen onderhandelen, overleggen – en dat je dus naast elkaar staat en zeker niet tegenover elkaar. Ze schrijft: ‘“Hee, we waren toch vrienden”, kunnen de kinderen tegen hun ouder zeggen, en “onze belangen telden toch even zwaar als het jouwe?” “Waarom laat je ineens die vreemdeling binnen waar jij alleen de lol van hebt en wij de nadelen?”’
Hoe zou je stiefkind antwoorden op deze vragen:
- Wat voelt en denkt je stiefouder over jou?
- Wat zijn de sterke kanten van je stiefouder?
- Waar kan zij/hij beter in worden?
- Wat doet je stiefouder als zij/hij ongeduldig of gestressed is?
Confronterend
Hoe kan het zo ver komen dat je als volwassene vergeet hoe kwetsbaar een kind is? Het kan voor een stiefouder bijzonder confronterend zijn als een stiefkind hem of haar negeert, brutaal is of anderszins ongewenst gedrag vertoont. Het is heel begrijpelijk dat je meegaat in een naar soort dans van actie en reactieen je dezelfde pasjes neemt en uit je slof schiet of dat je je juist helemaal terugtrekt. Ook kun je zo opgaan in je verliefdheid dat je de kinderen simpelweg niet meer ziet of genoeg aandacht geeft.
Toch kun je leren niet reactief te reageren, maar om bewust te kiezen om vanuit je sterke, volwassene ik op te treden en met respect naar je stiefkind te kijken. En proberen te begrijpen wat er onder dat eventuele lastige gedrag zou kunnen zitten. Jij bent tenslotte de volwassene en jij bent ook degene die verantwoordelijk is voor jouw eigen emotionele bagage.
Dan nog dit: een fijne band opbouwen is niet altijd haalbaar, er zijn ook nog verschillen in karakter en interesse die misschien niet te overbruggen zijn. Maar als je vriendelijk en respectvol omgaat met je stiefkinderen geef je wel het goede voorbeeld. Dat zijn waarden die je ze immers mee wilt geven, of niet soms?
Gastauteur Annette van der Maarel weet alles van samengestelde gezinnen en biedt coaching.
Meer lezen?
Bonusouders | Jesper Juul | ISBN 9789058772053
Aan alle gescheiden ouders | Marsha Pinedo & Petra Vollinga | ISBN 9789400503656