Ubuntu is een (Zuid-)Afrikaanse filosofie en betekent zoveel als ‘Ik ben omdat wij zijn’. Dat staat haaks op onze westerse mentaliteit die meer gemeen heeft met de op individualisme gebaseerde filosofie ‘Ik denk dus ik ben’. Ga maar na. Hoe vaak los je iets zelf op, wat veel simpeler zou zijn als je samen was? Het lukt wel, heus. Maar relaxed is anders.
We are one (big pizza)
Ubuntu is allesomvattend en wanneer je denkt dat je als Ubuntualist afbreuk doet aan je individualiteit, well guess again. Juist ieders eigenheid en autonomie zorgt ervoor dat we allen voorzien worden in precies dat wat we nodig hebben. Er is geen tekort binnen het groter geheel. Eigenlijk zijn we samen één grote pizza, die je kunt verdelen in slices. Heel veel slices. Tegelijkertijd blijft het grootste getal één en kunnen we onszelf het beste ontwikkelen en ervaren als deel van die heelheid.
Wat nou als we gewoon eens vragen aan de buurvrouw: kook jij voor ons vandaag?
Om weer even te voelen dat het leven klopt, maken we Sandii’s artikel: ‘Waarom we op de camping gelukkig zijn’ concreet en ontmoet een bont gezelschap elkaar op een natuurcamping. Diversiteit alom, van verse baby’s tot tieners en ouders in diverse samenstellingen. Zelfs een opa-en-oma-setje eet nog een hapje mee. Samen eten, lachen, niets-moeten, zorg dragen en Ubuntu in de praktijk brengen.
Ubuntu: overvloed door te delen
De Ubuntu-filosofie ligt in onze natuur. Wanneer we samen eten zorgen we dat er eten op tafel staat wat voor iedereen geschikt is. We houden rekening met gasten en leeftijden van de mensen met wie we ons eten delen. Het smaakt lekkerder wanneer iedereen kan mee smullen. Een huis bewonen gaat net zo. Alle bewoners van een huis kunnen, passend bij hun leeftijd, iets bijdragen aan het huishouden waardoor je werkelijk ervaart: we wonen hier samen, dit huis is van ons allen. In breder perspectief geldt hetzelfde. Nationaal, mondiaal. Door mensen uit te sluiten van deelname aan maatschappelijke thema’s of soms zelfs het leven zelf (denk aan vluchtelingen) zeggen we: je maakt geen deel uit van het geheel. Het verschil tussen alleen en Al-één.
De beleefdheid voorbij
Soms zou ik wel de (zogenaamde) beleefdheid voorbij willen. Want die beleefdheid tackelt de in- en uitstroom van compassie weleens.
Ik regel mijn huishouden binnen mijn muren, en mijn buren doen hetzelfde in hun huis. Als een van ons het eigenlijk niet redt, merk je daar niks van – en dat is toch gek? Wat nou als we gewoon eens vragen aan de buurvrouw: kook jij voor ons vandaag? En ook andersom. Dat iemand je een pan soep komt brengen omdat het antwoord op de vraag ‘hoe het gaat’ niet écht voelde als goed. Dat vereist dapperheid, om voorbij ‘het gaat goed hoor’ te durven gluren. We zijn ook zo gewend om het allemaal bést zelf te kunnen. Helemaal wanneer iemand je niet officieel tot ingewijde van zijn of haar misère heeft gemaakt.
Ik wil vaker gehoor geven aan dat gevoel om voor een ander zorg te dragen, ook als daar niet expliciet om gevraagd wordt. En ik wil me ontvankelijker opstellen voor hulp, ook als ik het best zelf kan. Soms trekt een noodsituatie ons zomaar even een paar stappen voorbij die beleefdheid. Het maakt op zo’n moment niet uit of je elkaar kent of niet. Ik ben blij dat ons instinct het dan overneemt en ruimte geeft of juist helpt waar nodig. Want echt, onze crying-on-the-inside-mentaliteit mag plaats maken voor onze oeroude natuur van interverwevenheid en wederkerigheid. Ook wanneer er geen duidelijke nood aan de man/vrouw/kind is. Ubuntu kan het verschil maken tussen overleven en voluit leven.
Ubuntu op de camping
Het Kiindteam kampeerde dus samen. Ubuntu in de levende praktijk: elkaar helpen en met elkaar delen. Samen hebben we ervaren dat delen het nieuwe hebben is. Dat doet iets met je. We hebben niet alleen geoogst maar ook iets gezaaid. Een behoefte krijgt handen en voeten. Een uitstapje naar een plek waar je voedt en gevoed wordt. Waar alles even klopt, zelfs als het niet klopt. Het werden dagen waarop je voelt dat je deel uitmaakt van iets groters dan je eigen gezin, en dat je ook waardevol bent als je je rot voelt. Met armen genoeg om kinderen te dragen, zelfgemaakte allemensenmuziek, super chille corveelijst (iets met vele handen maken licht werk), een heuse Vrouwencirkel en een pizza-oven die overuren draaide. Het kampvuur lokte iedereen en de minder-verantwoorde-maar-jammie marshmallows aan een stokkie zorgden voor verbinding all over the place (we plakken nog).
Nu ik thuis ben voel ik me – ondanks de grootte van ons gezin met 6 kinderen – een tikje verloren, als een pizza slice in zijn uppie. Het doet me goed dit te voelen, omdat precies dit gevoel me zegt dat ik onderdeel ben van een rijkelijk belegde, heerlijke pizza!
Wil je ook bij het Kiindweekend zijn? Je bent zo welkom!
Lees meer
Coverbeeld: Maria Stijger Aramburu