In onze cultuur zie je niet vaak ouders die hun baby op de rug dragen, en toch is het zo oud als de mensheid. Kijk maar naar het torsodragen in Afrikaanse landen. Kun je dan gewoon je baby op je rug hijsen? Dat toch niet. Draagdoekconsulent Rachel Verweij geeft aan: ‘Om te beginnen is het belangrijk om te kijken naar een ergonomische houding voor ouder en baby. Dat betekent: kan je baby goed zitten? Zijn de beentjes goed gespreid, maar hangen de onderbeentjes wel vrij? Is het nekje voldoende ondersteund?
In niet-westerse culturen zie je weliswaar dat kinderen geregeld als jonge baby al op de rug worden gedragen. In de westerse groei van het lichaam zie je echter dat wij als volwassenen geen rechte rug hebben, maar dat er meestal een bolling in de rug is ontwikkeld. Door die bolling kan het zijn dat het hoofdje van je baby in een ongunstige positie terechtkomt. Het wordt teveel naar achteren geduwd, wat druk op de nek geeft, en de ruimte wegneemt voor de gezonde bolling van je baby’s rug. En houd rekening met je eigen capaciteit. Je kindje naar je rug brengen is niet voor iedereen even eenvoudig.’
Meer weten over rugdragen? Vraag het Rachel of zoek een consulent in jouw buurt via de vereniging van draagdoekconsulenten. En wist je dat je belachelijk voordelig aan een mooie draagdoek kunt komen? Word gewoon nu lid van Kiind.
Jong geleerd…
Wil je weten of jij en je pasgeboren baby goed op elkaar aansluiten om op de rug te dragen? Ervaar het in een consult of workshop bij een draagconsulent. Rachel: ‘Ik adviseer jonge ouders om ergens in de eerste drie maanden kennis te maken met het dragen van hun baby. Deze periode leent zich goed voor het oefenen met dragen op de buik én op de rug, want in deze periode is je baby nog niet zo beweeglijk, en kun je heel rustig wat proberen. Nog een voordeel is dat je baby al gewend raakt aan het dragen. Begin je pas later, dan kan het wat meer gedoe geven.’
Een klassiek voorbeeld: vanaf een maand of 7 wil je baby alle kanten op. De wereld lonkt! Je baby heeft interesse om zelf vooruit te komen door te kruipen, zitten, staan. Begin je nu voor het eerst met dragen op de rug, dan kan de samenwerking ver te zoeken zijn. Ben je al gaan oefenen met rugdragen voordat je baby te zwaar werd op de buik, dan pakt het vaak soepeler uit.
Maak het leuk
Is jouw baby al wat groter? Geen zorgen, je kunt het ook later prima onder de knie krijgen. De tip van Rachel: ‘Maak het dragen zeker de eerste keren leuk. Oefen niet als je naar een heel serieuze afspraak met met je baby, maar doe het juist als je samen naar de kinderboerderij gaat. Zodat je kindje van dit nieuwe perspectief geniet. Geef je baby en jezelf de kans om er plezier en handigheid in te krijgen, en ook allebei het voordeel te ervaren van het samen op pad gaan met een rugdrager.’
Niet iedereen kan zijn baby over de schouder zwaaien
Hoe draag je?
Er zijn verschillende typen dragers, net als bij het buikdragen. Met een geweven doek kun je je baby veel steun geven en haar op elke manier dragen. Hoog op de rug, laag (torsodragen), op de heup. Met een draagzak houd je altijd dezelfde houding, met als voordeel dat je niet hoeft te knopen. Je kunt je baby hier pas in dragen wanneer ze zelfstandig tot zit kan komen.
Kijk ook naar je eigen soepelheid. Niet iedere ouder kan zijn baby over de schouder of over de heup zwaaien. Er komt een moment dat je kind zelf kan helpen met op je rug klimmen, maar dat duurt wel even.
Je baby werkt graag met je mee
Hierover geeft Rachel wel aan: ‘De eerste periode lijkt je baby een ‘hulpeloos’ bundeltje, maar vergis je niet. Baby’s hebben een sterk instinct. Ze werken mee met de beentjes zodra je ze optilt, ze zijn actief bezig met evenwicht zoeken, ze houden zich aan jou vast met hulp van hun reflexen. Als je met je baby wil samenwerken, doet je baby echt graag mee, maar heb je wel wat tijd nodig. Baby’s zijn langzaam, en wij zijn zo gewend om snel-snel alles te regelen. Wil je je baby snel in de doek hijsen, dan wordt het algauw sjorren en stressen. Je baby zit in zo’n andere wereld. Stem je af op dat trage tempo, dan ontdek je wat je baby allemaal al kan.’
Even wennen
Je baby op de rug is een heel andere ervaring. Je ziet elkaar niet, en dat is best wennen. Met je kindje op de buik kun je meteen handelen bij discomfort: een aai, kusje, zelfs voeden in de draagdoek kan lukken. Op de rug is dat in het begin allemaal lastiger, vooral bij jonge baby’s. We zijn zo gewend om te vertrouwen op onze ogen, stelt Rachel. Daag jezelf eens uit om puur te voelen. Wat gebeurt er op je rug? Wat voel je? Hoe is het met je kindje? Er is veel meer communicatie tussen jullie dan je in eerste instantie misschien denkt.
Voordelen voor jou
Hoe schattig je baby op je buik ook is, na een tijd wordt het zwaar. En vervolgens loeizwaar. Wanneer dat moment komt, verschilt per baby en ouder. Jouw lengte, gewicht en kracht gecombineerd met je baby’s gewicht en beweeglijkheid zijn belangrijke factoren. Merk je dat je baby zwaar voor je wordt, en wil je wel blijven dragen? Het dragen op de rug is een stuk lichter dan op de buik.
Heb je al een kind, en draag je de tweede graag? Dan is het dragen op de rug ideaal. Bij je eerste kind heb je vaak je handen wel vrij, met elk volgende kind is dat en ander verhaal. Als je je jongste kindje op de rug kunt dragen, heb je de handen vrij – én je halve bovenlichaam – om dingen met je oudere kind(eren) te doen. Spelen, knuffelen, maar ook boodschappen doen en koken zullen een stuk prettiger voor je zijn met je baby op de rug.
Rachel wijst tot slot nog op een heerlijk – en onbekend – voordeel van het dragen op de rug. Aanraking van het schoudergebied op je rug is gevoelig en voelt heel prettig. Door de vele zenuwpunten bij jouw bovenrug kun je veel contact met je baby ervaren. Goed voor jullie band!
Meer weten over rugdragen? Vraag het Rachel of zoek een consulent in jouw buurt via de vereniging van draagdoekconsulenten. En wist je dat je belachelijk voordelig aan een mooie draagdoek kunt komen? Word gewoon nu lid van Kiind.