De gevreesde nee-fase. We worden er allemaal voor gewaarschuwd wanneer we trots met onze blozende baby op schoot zitten. Wacht maar tot ie twee wordt! Twee is nee! In de Verenigde Staten noemen ze het zelfs de Terrible Twos. Dat maakt het niet bepaald iets om naar uit te kijken. Gelukkig kan het allemaal best meevallen. Het is maar hoe je ernaar kijkt.
Wie zegt er nee?
Om te beginnen kan het enorm helpen om een klein testje te doen. Houd op een dag eens bij wie er vaker nee zegt. Jij of je peuter? Het maakt al vrij snel duidelijk hoe ontzettend veel er op een dag niet mag of kan. Dat valt niet mee. Stel je voor dat je de meest ge-wel-dige plannen hebt en je mag of kunt ze allemaal niet uitvoeren. Frustratie ten top natuurlijk. Een stukje inleven van onze kant maakt wellicht al een groot verschil in de duur en frequentie van driftbuien. Zou het kunnen zijn dat ons gedrag meer invloed heeft op die nee-fase dan we denken?
Autonomie
Want hoe geweldig die eerste stapjes en woordjes ook zijn ze zijn het begin van een groter gevoel van autonomie en dat zullen we weten ook. In De evolutie van een kind stelt Annemie Ploeger dat de peuterpuberteit vooral een gevolg is van tegengestelde belangen. Er is enerzijds de kennismaking met en behoefte aan autonomie van je peuter en anderzijds zijn daar jouw belangen. Tot voor kort kon je je kleintje letterlijk de door jou gewenste kant op krijgen door hem op te pakken of veel te dragen. Was hij mopperig, dan bood een borst of een dutje in de doek vaak uitkomst.
De peuterpuberteit is belangrijk voor de ontwikkeling
Vrij en verbindend spelen
Met niets of duurzaam speelgoed
Een peuter daarentegen wil niet gestuurd – die wil het graag zelf doen. En laat je dat heel duidelijk weten. Deze fase is voor jou qua beleving misschien zelfs wel een grotere overgang dan voor je peuter. Die reageert simpelweg op een innerlijke behoefte om zich te ontwikkelen en de wereld te ontdekken. (Lees ook eens over Powergames, heel nuttig in deze fase)
Waar komt de peuterpuberteit vandaan?
Ploeger stelt dat het nee zeggen en de driftbuien (én het slaan, bijten en afpakken) te maken hebben met de onrijpheid van de prefrontale cortex. Dit hersengebied speelt een belangrijke rol bij de inhibitie (het kunnen stoppen van ongewenst gedrag). Peuters hebben dit nog niet of nauwelijks ontwikkeld. Logisch dus dat dit enige tijd en ook oefening behoeft. Het besef dat peuters gewoonweg nog niet in staat zijn tot bepaalde vaardigheden maakt al milder. Ze doen het dus niet expres.
De peuterpuberteit is een evolutionaire aanpassing en heeft dus nut
Bekeken vanuit de evolutie is de peuterpuberteit een adaptatie schrijft Ploeger. Oftewel een evolutionaire aanpassing. Wat weer wil zeggen dat het nut heeft. Anders had de natuur er wel een stokje voor gestoken. En omdat het wereldwijd in verschillende culturen zonder input van buiten ontstaat, lijkt het erop dat de peuterpuberteit zich vanzelf ontwikkelt en er dus een genetische component is. De peuterpuberteit heeft namelijk grote voordelen voor een kind. Het is de eerste stap naar zelfstandigheid, wat het gevoel van autonomie vergroot. En dat is volgens Ploeger belangrijk, want het gevoel autonoom te zijn is een belangrijke pijler waarop levensgeluk gebaseerd is.
Nog meer voordelen van de peuterpuberteit
Een ander voordeel is de ontwikkeling van een eigen identiteit. Door nee te zeggen of je zaken toe te eigenen (van mij!) leert je peuter dat hij een eigen wil en identiteit heeft. Erg belangrijk voor het latere leven natuurlijk. Als derde voordeel benoemt Ploeger het opzoeken van grenzen. Je leert immers veel meer nieuwe dingen door grenzen op te zoeken dan wanneer je altijd bij het oude en vertrouwde blijft. Wat naar mijn idee een veel positievere en liefdevollere manier is om te kijken naar de behoefte van peuters om grenzen te willen verleggen. Geen Terrible Twos dus maar bittere noodzaak voor je identiteit, gevoel van autonomie en dus je levensgeluk.
Door grenzen op te zoeken leer je nieuwe dingen
Omdat de puberteit door bijna alle onderzoekers als negatief wordt beschouwd is er vooral onderzoek gedaan naar de relatie tussen probleemgedrag en wat dat betekent op de lange termijn. Ploeger stelt dat het juist ook belangrijk is om onderzoek te gaan doen wat er gebeurt wanneer de peuterpuberteit uitblijft. Want het blijkt een zeer essentiële stap in de ontwikkeling te zijn.
Lastige kinderen? Heb jij even geluk
Zijn er tips om deze fase aangenamer te maken voor iedereen?
Gelukkig wel! Ploeger tipt bijvoorbeeld dat we peuters het beste kunnen ondersteunen in hun gevoel van autonomie door uitleg te geven en wensen en gevoelens te erkennen, ook als ze niet uitvoerbaar zijn. Uitleggen dus en erkennen dat het enorm balen is wanneer je niet op de muren mag tekenen. Doe ze een ander voorstel: op een groot vel papier mag het tekenen wel. Is dat misschien een idee? Of fijn buiten met zelfgemaakte stoepverf? En tot slot het belangrijkste advies volgens Ploeger: Heb geduld, neem de tijd en zie het vooral niet als een persoonlijke aanval. Dat klinkt misschien als een open deur maar je eigen instelling hierin is zo belangrijk. De manier waarop je de peuterpuberteit benadert kan een groot verschil maken in je beleving. Dus heeft je peuter weer eens een driftbui onthoud dan dat hij ontwikkelt zoals de evolutie het bedoeld heeft.Dit vonden wij nou helpende boeken: De evolutie van een kind, Temperamentvolle kinderen, How2talk2kids, Luisteren naar kinderen, Unconditional Parenting.